Lidgeld 2024
Meer info over het lidgeld kan u vinden via https://www.neutr-on.be/lidgeld/
Meer info over het lidgeld kan u vinden via https://www.neutr-on.be/lidgeld/
Bonus voor wie langer werkt
In 2024 treedt de nieuwe pensioenbonus in werking. Die wordt uitbetaald voor elke extra dag die u werkt na uw vervroegde pensioendatum. Omdat de bonus alleen is weggelegd voor wie ten vroegste op 1 januari 2025 met pensioen gaat en de teller pas begint te lopen op 1 juli 2024, zijn er enkele overgangsmaatregelen.
Doorwerken tot uw wettelijke pensioenleeftijd wordt aantrekkelijker
Goed nieuws voor wie van plan was langer te werken dan zijn vervroegde pensioenleeftijd: de langverwachte pensioenhervorming levert een bonus op. Om die te financieren wordt vooral gekeken naar de hoogste pensioenen.
Ligt uw vroegst mogelijke pensioendatum vóór 1 juli 2024, dan bouwt u een pensioenbonus op voor elke dag die u werkt vanaf 1 juli 2024, op voorwaarde dat u uw pensioen uitstelt tot ten vroegste 1 januari 2025.
Ligt uw vroegst mogelijke pensioendatum na 30 juni 2024 maar voor 1 januari 2025, dan bouwt u een pensioenbonus op voor elke dag die u werkt vanaf uw vroegst mogelijke pensioendatum, op voorwaarde dat u uw pensioen uitstelt tot ten vroegste 1 januari 2025.
Ligt uw vroegst mogelijke pensioendatum vanaf 1 januari 2025, dan bouwt u een pensioenbonus op voor elke dag die u werkt vanaf uw vroegst mogelijke pensioendatum.
Het bedrag van de pensioenbonus is progressief en kan worden opgebouwd over maximaal drie jaar: 3.775 euro netto voor het eerste jaar dat extra gewerkt wordt na de vervroegde pensioendatum, 7.550 euro voor het tweede jaar en 11.325 euro voor het derde. Dat maakt 22.650 euro over drie jaar.
U kunt de pensioenbonus over maximaal drie jaar opbouwen. Hij kan u in totaal 22.650 euro opleveren.
Ambtenarenpensioen stijgt minder
Er komt een bijsturing van de perequatie voor ambtenaren. Die garandeert dat het pensioen van een ambtenaar boven op de indexering meestijgt met de lonen in hun vroegere sector. Die aanpassing gebeurt om de twee jaar. Voortaan komt er een plafond op de perequatie.
Dat moet ertoe leiden dat de hoogste ambtenarenpensioenen alleen nog een forfaitaire welvaartsaanpassing krijgen. Onder het plafond wordt de perequatie wel nog volledig toegepast. Het plafond wordt zo gekozen dat de perequatie op jaarbasis maximaal 0,3 procent van de totale massa van de ambtenarenpensioenen kost.
Als uw huwelijkspartner overlijdt in 2024, moet u minstens 49 jaar en 6 maanden zijn om recht te hebben op het overlevingspensioen.
Voorwaarden overlevingspensioen strenger
De minimumleeftijd om recht te hebben op een overlevingspensioen wordt opnieuw met 6 maanden verhoogd. Als de huwelijkspartner overlijdt in 2024, moet u minstens 49 jaar en 6 maanden zijn om recht te hebben op het overlevingspensioen. Is dat niet het geval, dan kunt u tijdelijk een overgangsuitkering ontvangen.
Hoger minimumpensioen
Het regeerakkoord van 2019 voorzag in een verhoging van het loonplafond en de inkomensgarantie voor ouderen (IGO) boven op de indexatie, gespreid tussen 2020 en 2024. De vierde verhoging in 2024 werd evenwel geschrapt in het kader van de begroting.
De vierde verhoging van het minimumpensioen, die ook voorzien was in het regeerakkoord, wordt wel grotendeels doorgevoerd. Daardoor stijgt het minimumpensioen voor werknemers op 1 januari met 2,08 procent. Voor alleenstaande werknemers met een volledige loopbaan van 45 jaar komt het minimumpensioen op 1.738,55 euro bruto per maand, of maandelijks 35,42 euro extra.
Hoger pensioen door aanpassing ZIV-bijdrage
DE AANPASSING VAN DE ZIV-BIJDRAGE BETEKENT VOOR ONGEVEER 65.000 GEPENSIONEERDEN DAT ZE GEMIDDELD 320 EURO PER JAAR MEER PENSIOEN OVERHOUDEN.
Er komt een aanpassing aan de ZIV-bijdrage (ziekte- en invaliditeitsverzekering), waardoor 65.000 gepensioneerden een hoger pensioen krijgen. De bijdrage komt op 3,55 procent van het brutobedrag van het pensioen en wordt alleen afgehouden als de som van de eerste en de tweede pijler per maand hoger is dan 1.990,87 euro (of 2.359 euro voor personen met gezinslast). Verouderde mortaliteitstabellen leidden ertoe dat mensen met een relatief hoog wettelijk pensioen en een beperkte tweede pijler snel te veel ZIV-bijdrage betaalden, waardoor die tweede pijler volledig werd opgesoupeerd. Dat wordt nu rechtgezet. Voor ongeveer 65.000 gepensioneerden betekent dat ze gemiddeld 320 euro per jaar meer pensioen overhouden.
Bron: De Tijd
Werkloze jongeren zullen vanaf 2024 een vrijwillige legerdienst kunnen doen. Opvallend, die dienst zal geen enkel militair onderdeel bevatten. Ze krijgen vooral opleidingen om makkelijker werk te kunnen vinden. De jongeren krijgen daarnaast 500 euro netto per maand bovenop hun uitkering.
De “vrijwillige dienst van collectief nut” (DCN), zoals de vrijwillige legerdienst officieel wordt genoemd, zou vanaf 2024 starten. Het wetsontwerp van minister van Defensie Ludivine Dedonder (PS) erover is in de commissie Landsverdediging goedgekeurd.
In eerste instantie zou er plaats zijn voor 200 jongeren tussen 18 en 25 jaar oud. Volgens Dedonder zou het concept ook doorgetrokken kunnen worden naar andere federale overheidsdiensten.
Geen militairen
De deelnemende jongeren worden geen militairen. Ze worden volgens Dedonder ook geen burger-personeelsleden van Defensie. Hoewel de jongeren dus bij Defensie aan de slag gaan, zullen we ook niet leren om wapens te hanteren. Ze krijgen ook op geen enkele manier een militaire opleiding.
Wat gaan ze dan wel doen? “Ze zullen bij Defensie tijdens een 38-urenweek opleidingen krijgen rond burgerschap, normen & waarden, veiligheid en sport”, klinkt het in een persbericht. “Daarnaast zullen de jongeren binnen Defensie ook taken uitvoeren op het vlak van onderhoud van materiaal en infrastructuur, administratie, logistiek of nog public relations of horeca.”
De focus lijkt vooral te liggen op het bijbrengen van vaardigheden om sneller toegang te vinden tot de arbeidsmarkt. De deelnemende jongeren zullen maandelijks 500 euro netto krijgen bovenop hun werkloosheidsuitkering of leefloon. Zo’n vrijwillige dienst van collectief nut duurt 6 maanden.
Wie vroeger werk vindt, kan eruit stappen.
Dienstplicht nooit afgeschaft
Doordat de deelnemende jongeren geen militaire opleiding krijgen, is de vrijwillige dienst van collectief nut dus geen light-versie van de vroegere verplichte dienstplicht.
Die dienstplicht is in ons land overigens nooit afgeschaft, maar is sinds begin jaren 90 “opgeschort”. Hierdoor worden dienstplichtigen niet meer opgeroepen. In theorie kan de militaire dienstplicht gewoon terugkomen. Iets waar de laatste jaren al verschillende ballonnetjes over zijn opgelaten. Zowel door politici, als door Defensie zelf.
Het nieuwe jaar is begonnen en de politieke partijen beginnen met hun propaganda voor de verkiezingen van 2024. Bij de PVDA wordt het thema: ”Eerlijke belastingen.”
PVDA-voorzitter Raoul Hedebouw stelde de slogan voor waarmee de linkse partij in juni naar de kiezer trekt.
Hij deed dat niet op een typische persconferentie maar in de huiskamer van een doorsnee gezin in het Gentse. Daarmee zet hij de boodschap van de partij kracht bij: “Altijd aan jouw kant. Omdat het belangrijk is dat er een partij is die de kant van het volk kiest, de kant van de mensen, de kant van de werkende klasse. Niet de kant van politici die in hun bubbel leven en die enkel bezig zijn met hun eigen problemen.”
De partij promoot haar programma in verscheidene steden van het land: zie website.
“Wij komen op voor de gewone mensen. Wij kiezen kant. Met de slogan ‘Altijd aan jouw kant’, maken we dat duidelijk”, legt Raoul Hedebouw uit. “Neem nu eerlijke fiscaliteit: waarom moeten wij zo veel betalen terwijl de andere kant veel minder betaalt? Of kijk naar het systeem van de graaipensioenen van politici. Die zetten hun eigen systeem op terwijl zoveel mensen het moeilijk hebben.”
“Overal waar we komen – ook hier aan de keukentafel van Ruth en Stefan – zeggen mensen ons: jullie staan altijd aan onze kant. We voelen dat we de wind in zeilen hebben. In de peilingen, in het aantal leden, op sociale media … Steeds meer mensen zeggen: ‘Ik stem PVDA. Jullie zetten punten op de agenda’.”
“Bijvoorbeeld het ‘Wittewoedefonds’. Wij hebben vanuit de oppositie, samen met de sociale beweging, een miljard extra binnengehaald voor de zorg. Of de afschaffing van de graaipensioenen van politici. Er was maanden discussie over, maar door onze druk werd het systeem afgeschaft. Wij halen overwinningen binnen. 6% btw op energie. Iedereen zei: ‘Dat is onrealistisch’. Wij zetten door en het werd realiteit”, stelt de voorzitter van de PVDA..
De PVDA zit in de lift. In peilingen scoort de partij in Vlaanderen steevast tussen de 8 en 10%. In grote steden als Antwerpen, Gent en Hasselt zelfs tegen de 15%. Ook de populariteit van partijkopstukken Raoul Hedebouw, Jos D’Haese, Peter Mertens en Sofie Merckx neemt toe. Vriend en vijand erkennen dat de partij vanuit de oppositie goede punten op de agenda zet. “Een stem voor de PVDA is een stem voor een partij die altijd aan jouw kant staat. Een sterke PVDA dwingt de andere partijen om te luisteren. Zo zetten we de prioriteiten van de mensen hoog op de politieke agenda”, besluit Raoul Hedebouw.
Zes speerpunten
Om meer zijinstromers aan te trekken en nadien ook te behouden wordt onderzocht in welke mate kan worden samengewerkt met hogescholen om deze specifieke doelgroep een lerarenopleiding aan te bieden op maat of in house. Belangrijk bij die zoektocht naar een aangepaste (lees: kortere) opleiding is erop te letten dat een en ander er niet toe leidt dat de opleiding wordt uitgehold.
Een aanzienlijk deel van de groep jonge mensen die in het onderwijs willen stappen verlaat de school na een of enkele jaren. Daar zijn diverse redenen voor. Sommige daarvan zijn niet op te heffen, andere wel. Een doordachte en indien nodig aanklampende aanvangsbegeleiding kan startende leerkrachten motiveren om aan boord te blijven ondanks de beginnersmoeilijkheden. Onder meer een evenwichtig uurrooster kan daartoe bijdragen.
Doorgaans zijn leerkrachten erg positief over hun job. Twee zaken die het lesgeven echter minder aantrekkelijk maken zijn wat vaak te veel planlast wordt genoemd en de te grote werkdruk. Voor het eerste zouden administratieve tussenstructuren mee verantwoordelijk zijn, voor het tweede wordt gekeken in de richting van Smartschool, die ervoor zorgt dat er veel minder momenten van rust zijn.
Door het lerarentekort vallen er gaten in de continuïteit van het leerproces. Bij iedere vervanging treedt er sowieso onvermijdelijk wat storing op. Maar wanneer vervangingen zich vaker opdringen wordt ook het leerproces ernstiger verstoord. Door ervoor te zorgen dat er kant-en-klare lesinhoud (al dan niet digitaal) ter beschikking is voor vervangleerkrachten, kan de continuïteit beter gegarandeerd worden.
Als we erin slagen ons onderwijs, onze scholen anders, flexibeler te organiseren kunnen we wellicht de kans verkleinen dat leerlingen bij uitval van leerkrachten te lang zonder vakleerkracht komen te zitten. Ideeën die verder onderzoek waard zijn:
1. Van lesopdracht overschakelen naar schoolopdracht of jaaropdracht.
2. Niet ingevulde lesuren omzetten zodat ook niet-leerkrachten ingeschakeld kunnen worden.
(vrijwilligers, gepensioneerden en opvoeders)
3. Afstandsonderwijs uit de grijze zone halen.
Wie sollicitanten wil aantrekken moet ervoor zorgen dat de aanwervingsmethode vlot werkt. Het elektronisch kandideren voor tijdelijken (de webtoepassing, EKT die sollicitanten elk jaar opnieuw verplicht om zich tussen 15 april en 15 juni te registreren) is omslachtig. Dat moet beter kunnen. Een vervanger is in de maak. Tegelijk moet ook duidelijk zijn welke sterke troeven het onderwijs heeft. Met aantrekkelijke campagnes die tegelijk een eerlijk en realistisch beeld van de job schetsen maar ook aandacht besteden aan minder gekende pluspunten kan eventueel een groter, ander publiek dan voorheen bereikt worden.
Uit een bevraging van het GO! bij zijn basis- en secundaire scholen blijkt dat het aantal niet-ingevulde betrekkingen daalt. In vergelijking met vorig jaar zijn er evenveel scholen die aangeven dat niet alle vacatures ingevuld zijn, maar het aantal uren dat niet ingevuld is, neemt af. De 514 scholen die aan de bevraging deelnamen, melden samen 407 voltijdse openstaande betrekkingen. Daarvan zijn het merendeel jobs voor leerkrachten: 303 voltijdse equivalenten. Het tekort daalde met 28 procent ten opzichte van vorig jaar.
Bron: GO!