by admin | apr 30, 2024 | Sectoren
Nieuwe besparingen, loonblokkering, onwerkbaar werk, oorlogsgestook, … meer dan genoeg redenen om dit jaar op 1 mei op straat te komen.
1 mei is de internationale Dag van de Arbeid. Over de hele wereld is dat van oudsher een belangrijke dag voor de arbeidersbeweging. Op die dag wordt de historische strijd van arbeiders voor betere arbeidsomstandigheden, rechten en waardigheid herdacht.
Deze feestdag herinnert aan de langdurige en soms harde strijd die arbeiders hebben geleverd om sociale verworvenheden te verkrijgen waar we vandaag kunnen van genieten, denk maar aan de achturige werkdag, het recht op vakbondsvorming, betaalde vakantie, pensioenen, veilige werkomstandigheden of eerlijke lonen.
Sociale verworvenheden zijn nooit definitief en hangen af van de krachtsverhoudingen tussen arbeid en kapitaal
Maar die verworvenheden zijn nooit definitief en hangen af van de krachtsverhoudingen tussen arbeid en kapitaal. Daarom blijven strijd en mobilisatie noodzakelijk om de arbeidsomstandigheden en rechten van alle werknemers wereldwijd te vrijwaren en te verbeteren.
Dit jaar zijn er opnieuw meer dan ooit redenen om op straat te komen. Enkele van de belangrijkste zetten we hieronder op een rij.
Loonnormwet
Sinds 1996 bepaalt de loonnormwet dat onze lonen en uitkeringen niet sneller mogen stijgen dan in de buurlanden. Op dit moment laat deze wet geen enkele verhoging van de lonen toe, zelfs als er in sectoren grote winsten worden gemaakt.
Winsten en dividenden mogen onbeperkt stijgen maar niet de lonen of uitkeringen, waar is de logica? Het ABVV eist ruimte om te onderhandelen over hogere lonen in bedrijven die het goed doen.
Tegen besparingen, vóór een vermogenstaks
Minister van Financiën Van Peteghem heeft een akkoord onderhandeld over nieuwe Europese begrotingsregels die voor België zullen neerkomen op drastische besparingen. Jaarlijks zal ongeveer 4 miljard euro moeten bespaard worden.
Tegelijkertijd zullen er onvermijdelijk meeruitgaven zijn voor de pensioenen en plannen de meeste partijen een aanzienlijke verhoging van de defensie-uitgaven. Dit akkoord en de hogere defensie-uitgaven leggen m.a.w. een bom onder de volgende regeringsonderhandelingen en dreigen uit te monden in een batterij aan besparingen in de sociale zekerheid, publieke dienstverlening, pensioenen, enz.
De huidige opkomst van extreemrechts kwam er niet toevallig na de besparingsronde die volgde op de financiële crisis van 2008. Nieuwe besparingen zullen extreemrechts ongetwijfeld een nieuwe boost geven. Dat moet te allen prijze vermeden worden.
Nieuwe besparingen zullen extreemrechts ongetwijfeld een nieuwe boost geven
De enige manier om nieuwe sociale afbraak te voorkomen is het geld te halen waar het zit: bij de grote vermogens. Voor zo’n rijkentaks bestaat bovendien een groot draagvlak: 71 procent van de Vlamingen vindt een vermogensbelasting een topprioriteit.
32-urenweek
Vanaf het begin van het industrieel kapitalisme is de werkweek steeds korter geworden. In de negentiende eeuw werkten arbeiders 60 tot 70 uur per week. Gaandeweg is dat verminderd tot 38 uur.
Zo’n werktijdverkorting was mogelijk én logisch als gevolg van de stijgende arbeidsproductiviteit. Omwille van technologische vooruitgang en efficiëntere productiemethoden produceren we namelijk steeds meer rijkdom per uur.
De 38-urenweek werd gedeeltelijk ingevoerd in 1971.[1] Terwijl de arbeidsproductiviteit sindsdien met ongeveer twee derde is toegenomen bleef de werktijd al meer dan vijftig jaar onveranderd. Die toegenomen arbeidsproductiviteit vertaalt zich in meer stress en veel langdurige uitval op het werk (zo’n 10 procent van de werknemers). De combinatie werk en gezin wordt ook steeds moeilijker.
Om het werk opnieuw werkbaar te maken is een werkweek van 32 uur nodig zonder salarisverlies
Daarom is een werkweek van 32 uur nodig zonder salarisverlies. Het experiment van Femma toont aan dat dit niet alleen kan maar ook dat een kortere werkweek een hele reeks aan maatschappelijke problemen oplost. Het verlaagt de stress, verhoogt de werkvreugde en maakt de combinatie tussen werk en gezin opnieuw haalbaar.
Vrede
De laatste weken en maanden is Europa in de ban van een ware oorlogskoorts. Zowat alle Europese regeringen, ook de Belgische, zijn van plan om beduidend meer te besteden aan bewapening. Verschillende regeringsleiders hebben ook al het idee geopperd om Westerse troepen te sturen naar Oekraïne. Hier en daar wordt zelfs al het ballonnetje opgelaten om de dienstplicht opnieuw in te voeren. Is het dat waar we onze nieuwe generatie jongeren mee willen opzadelen?
Om de militaire meeruitgaven te bekostigen zullen we moeten inleveren op onze pensioenen, uitgaven voor gezondheidszorg of andere sociale dienstverlening. Het is dus tweemaal verlies: sociale afbraak en een meer onveilige wereld.
Door de militaire meeruitgaven zullen we moeten inleveren op pensioenen, gezondheidszorg of andere sociale dienstverlening
Arbeiders wereldwijd hebben er vandaag alle belang bij om dit oorlogsgestook een halt toe te roepen en de zwaarden spreekwoordelijk om te zetten in ploegen.
Solidariteit met Palestina
Kort na het begin van de oorlog tegen Gaza riepen de Palestijnse vakbonden hun collega’s wereldwijd op voor een boycot van wapenleveringen aan Israël. De Belgische vakbonden gaven het goede voorbeeld en riepen op om wapentransporten bestemd voor Israël tegen te houden. In heel wat landen kreeg het Belgisch voorbeeld navolging.
Internationale solidariteit behoort tot de kern van de arbeidsbeweging. Daarom heeft de linkse partij Workers World in de Verenigde Staten een oproep gedaan om van 1 mei dit jaar een ‘Dag van Arbeiders voor het Palestijnse Verzet’ te maken.
De blijvende steun van Westerse regeringen aan Israël is ontoelaatbaar. Wereldwijd moeten de arbeiders hun regeringen ter orde roepen. De oproep van Workers World zal ongetwijfeld in heel wat steden over heel de wereld opgevolgd worden.
Bron: DeWereldMorgen.be
by admin | apr 9, 2024 | Varia
Een nieuwe maand, nieuwe maatregelen, wijzigingen van de wetgeving, enz.
Hierbij een kort overzicht.
• Terug Naar Werk-fonds
Mensen die ontslagen werden wegens medische overmacht en arbeidsongeschikt zijn, kunnen vanaf 1 april een beroep doen op het ‘Terug Naar Werk’-fonds. Dat moet hen de mogelijkheid bieden om via bijvoorbeeld loopbaanbegeleiding en gepersonaliseerde coaching een nieuwe job te vinden.
Het fonds is opgezet door het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (Riziv). Werkgevers die het contract van een arbeidsongeschikte medewerker beëindigen wegens medische overmacht, moeten 1.800 euro storten in het fonds.
De mensen die ontslagen werden, kunnen zich wenden tot het Riziv en kunnen dan een voucher krijgen ter waarde van 1.800 euro. “Ze kunnen die gebruiken om een gespecialiseerde dienstverlening op maat aan te kopen bij een erkende dienstverlener”, aldus het Riziv. “Via onder andere loopbaanbegeleiding en gepersonaliseerde coaching krijgen ze nieuwe perspectieven om terug te keren naar de arbeidsmarkt, binnen hun mogelijkheden.”
Vanaf 1 april 2025 zullen ook mensen die langer dan een jaar arbeidsongeschiktheid zijn, een beroep kunnen doen op het ‘Terug Naar Werk-fonds’, of ze nu zelfstandig, werknemer of werkzoekende zijn.
• Nieuw financieringsmodel voor huisartsen
Meer dan 130 huisartsen stappen op 1 april in een nieuw financieringsmodel, waarbij ze in verhouding minder inkomsten halen uit raadplegingen, maar meer uit vaste financiering per patiënt en premies zoals voor de aanwerving van verpleegkundigen.
Volgens het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering (Riziv) hebben 122 huisartsen in groepspraktijken en 12 huisartsen in solopraktijken zich aangemeld voor het nieuwe model, die ‘new deal’ werd genoemd.
“Huisartsen leveren vandaag heel goed werk, maar ze hebben soms te weinig tijd om in te zetten op preventie en een proactieve opvolging van hun patiënten”, zei federaal minister van Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) eerder. “Het huidige prestatiefinancieringsmodel (met een vergoeding per patiëntencontact, red.) geeft hen daartoe te weinig ruimte.”
Het nieuwe model moet daaraan tegemoetkomen. ‘New deal’-huisartsen zullen een lager bedrag krijgen per raadpleging of huisbezoek, maar ze zullen een hogere vaste vergoeding krijgen per patiënt van wie ze de vaste huisarts zijn. Op die manier wordt het werk buiten de rechtstreekse patiëntencontacten beter gehonoreerd.
Het totale inkomen zal gemiddeld genomen niet veranderen, maar de vaste vergoeding maakt het inkomen stabieler, zegt minister Vandenbroucke. Dat moet ruimte bieden om bijvoorbeeld patiënten tussentijds op te volgen en tijd te maken voor complexere patiëntenproblemen, samen te werken met andere zorgverleners en ondersteuning te geven aan de medewerkers in de praktijk.
Het nieuwe model voorziet daarnaast in extra premies voor de aangesloten huisartsenpraktijken, onder meer indien ze een verpleegkundige aanwerven voor de praktijk. En er is een premie om de praktijk te beheren.
“Het is te verwachten dat de verhoogde inzet op preventie en een proactieve opvolging van patiënten het aantal acute problemen zal verminderen”, aldus nog Vandenbroucke. “Dat is goed voor de gezondheid van de bevolking, maar laat ook toe dat een huisarts meer patiënten opvolgt en dat hij zich toelegt op waarvoor hij echt is opgeleid, en dit in samenwerking met andere zorgverleners.”
• Minimumloon stijgt
Op 1 april verhoogt het minimumloon in ons land en gaat het voor het eerst boven de 2.000 euro bruto. 80.000 werknemers zien zo hun loon verhogen.
De verhoging werd afgesproken tijdens de interprofessionele onderhandelingen voor de periode 2021-2022. Een eerste verhoging vond plaats op 1 april 2022, met 76,28 euro.
Een tweede verhoging van het minimumloon staat dus gepland voor 1 april dit jaar. Het minimumloon wordt dan opgetrokken met 35,7 euro bruto per maand. “Het nieuwe minimumloon bedraagt dan 2.029,88 euro per maand”.
Netto houden werknemers nog iets meer over: 50 euro. Ook de fiscale werkbonus wordt immers opgetrokken. Op 1 april 2026 wordt het minimumloon nog eens opgetrokken, opnieuw met 35,7 euro.
• Nieuwe voorrangsregels in kinderopvang
In de gesubsidieerde kinderopvang in Vlaanderen treden vanaf 1 april nieuwe voorrangsregels in werking. Er wordt meer voorrang gegeven aan werkende ouders. De omstreden maatregel zal wel worden aangevochten bij het Grondwettelijk Hof.
Volgens de nieuwe regels zullen kinderopvanguitbaters nog slechts maximaal 10 procent van hun plaatsen kunnen voorbehouden voor kinderen uit kwetsbare gezinnen. Tot nu toe was een verplichting van 20 procent van kracht. Op die manier wil de Vlaamse regering voorrang geven aan ouders die minstens vier vijfde werken of een opleiding volgen.
“Als basisregel geldt dat je als organisator voorrang geeft aan gezinnen waarvoor kinderopvang noodzakelijk is om te werken of om een opleiding met het oog op werk te volgen”, zo staat in een infodocument van Kind en Gezin.
Heel wat organisaties binnen en buiten de kinderopvang tonen zich kritisch over de nieuwe regels. Ze vrezen dat hierdoor de ongelijkheid nog verder zal worden versterkt en onder andere ouders in armoede uit de boot zullen vallen. Een twintigtal organisaties heeft op 20 maart aangekondigd naar het Grondwettelijk Hof te stappen om klacht in te dienen tegen de nieuwe voorrangsregels.
• Leurkaart wordt afgeschaft
De leurkaart, die verplicht is voor onder meer huis-aan-huisverkopers en verkopers op markten, wordt vanaf 1 april afgeschaft in Vlaanderen. De afschaffing maakt deel uit van een Vlaams decreet dat de regels rond ambulante handel en kermisactiviteiten actualiseert.
Het decreet moet lokale besturen onder meer extra hefbomen geven om in te spelen op nieuwe consumententrends en nieuwe commerciële kansen op het vlak van markten en kermissen. Volgens minister van Werk Jo Brouns (CD&V) past de ingreep ook in de administratieve vereenvoudiging.
De leurkaart was onder meer verplicht voor deur-aan-deurverkopers. “Door een correcte inschrijving in de KBO (Kruispuntbank voor Ondernemingen, red.) volstaat evenwel een check van de KBO om te weten of die ondernemer ambulante of kermisactiviteiten kan uitoefenen”, is de uitleg in het decreet.
• Einde van klassieke stookolie 50S
De klassieke stookolie 50S verdwijnt vanaf 1 april uit de markt. In de plaats komt een milieuvriendelijkere – maar iets duurdere – variant met minder zwavel.
De 50S verwijst naar het maximum toegestane zwavelgehalte: 50 ppm (parts per million) of 0,005 procent. In de plaats komt stookolie 10S, of huisbrandolie met maximaal 0,001 procent zwavel. Hoe minder zwavel, hoe beter voor het milieu. De verlaging van het zwavelgehalte is overigens al jaren bezig.
In de praktijk zullen consumenten niks merken van de nieuwe brandstofnorm. Veel brandstofhandelaars boden de nieuwe soort al aan. De voorraden van de oude variant 50S raakten immers uitgeput.
Wel zal de huisbrandolie met minder zwavel iets duurder zijn: zowat 36 euro op een bestelling van 2.000 liter.
• Individuele leerrekening van start op 1 april, ondanks verzet
Vanaf 1 april wordt de ‘federal learning account’, oftewel de individuele leerrekening, gelanceerd. Het gaat om een online registratietool waarin alle opleidingen die aan elke werknemer worden aangeboden, moeten worden geregistreerd. Bedoeling is om het individueel opleidingsrecht dat elke werknemer heeft, te beheren. Werkgeversorganisaties verzetten zich tegen de plannen.
De federale leerrekening is een uitloper van de zogenaamde arbeidsdeal die de regering-De Croo overeenkwam. Die schrijft onder meer voor dat ondernemingen moeten voorzien in een opleidingsplan en voert een individueel opleidingsrecht van vijf dagen per jaar in het leven. Daar komt binnenkort dus een federale leerrekening bij. Die moet werknemers informatie bieden rond opleidingen en hen toegang geven tot hun individuele leerrekening en tot nuttige informatie over gevolgde opleidingen. De achterliggende idee is dat opleidingen en levenslang leren steeds meer aan belang winnen in de snel veranderende arbeidsmarkt.
Na een proefperiode krijgen werknemers in het najaar van 2024 toegang tot de applicatie. De applicatie wordt uitgerold op federaal niveau. Ook werkt minister van Economie en Werk Pierre-Yves Dermagne (PS) aan een samenwerkingsakkoord met de deelstaten, die ook bevoegdheden hebben op het vlak van onderwijs en opleiding, legt zijn woordvoerder uit. “Het ontwerp werd op federaal niveau en door het Waals Gewest reeds goedgekeurd. De andere deelstaten volgen binnenkort”, klinkt het.
De werkgevers zijn echter niet te vinden voor de plannen. “Het evenwicht tussen inspanning en resultaat is volledig zoek”, lieten werkgeversorganisaties als VBO, Unizo, Voka en Boerenbond eerder weten. Ze hekelen onder meer “de gebrekkige en onvolledige voorbereiding, de onbeantwoorde vragen, niet-uitgeklaarde onduidelijkheden, het niet respecteren van het ‘only once’-principe, een weinig succesvol proefproject en de minimale terugkoppeling naar de sociale partners”. Ze spreken bovendien van een “onuitvoerbare bijkomende administratieve verplichting voor de ondernemers”.
• Geen beveiligingscamera’s voor Airbnb
Wie via Airbnb een verblijf verhuurt, moet voor 30 april alle beveiligingscamera’s of opnameapparatuur in de woning verwijderen, ook als die uitstaan. Ook voor de externe camera’s gelden beperkingen. Dat moet het risico op voyeurisme beperken.
• Aanpassingen in LEZ’s in Antwerpen en Gent
In Antwerpen worden de lage emissiezones (LEZ’s) strenger. Vanaf 27 april hebben ook hybride voer-tuigen met een CO₂-uitstoot van maximaal 50 gram per kilometer niet langer onbeperkt toegang tot de LEZ. Net als bij een gewoon brandstofvoertuig bepaalt de euronorm of het voertuig binnen mag in de LEZ.
In Gent gaan vanaf 27 april enkele sociale correcties in. Bepaalde personen, zoals erkende mantelzorgers met een sociaal tarief, personen met een beperking of ouders van een kind met een beperking, krijgen onvoorwaardelijk toegang tot de LEZ.
• Flexi-jobs
In Vlaanderen worden flexi-jobs in enkele bijkomende sectoren mogelijk. Het gaat om sectoren waarvoor de Vlaamse overheid bevoegd is, zoals de kinderopvang, het onderwijs en de publieke sport- en cultuursector. Andere sectoren, zoals landbouw en tuinbouw, worden uitgesloten.
• Elektrisch laden transparanter
Wie zijn elektrische auto oplaadt aan een openbare laadpaal krijgt meer duidelijkheid over de kostprijs. Dat is een gevolg van Europese regels – Alternative Fuels Infrastructure Regulation – die op 13 april van kracht worden. Ten eerste komt er prijstransparantie op paalniveau. Als EV-rijder zult u voor het laden kunnen zien hoeveel dat kost. Ten tweede zullen er meer ad-hocbetaalmogelijkheden komen. U zult uw laadbeurt dus niet alleen via een laadpas of een app kunnen afrekenen, maar ook via Bancontact.
by admin | apr 9, 2024 | Economie
Werknemers die beroepsverplaatsingen maken met hun eigen wagen kunnen van hun werkgever een terugbetaling krijgen van de gemaakte kosten.
Het is niet nodig om het juiste bedrag van deze kosten te bewijzen, aangezien de overheid een maximum forfaitair bedrag per kilometer heeft vastgelegd dat aanvaard wordt als kost eigen aan de werkgever (“kilometervergoeding”). Deze kilometervergoeding is vrijgesteld van sociale zekerheidsbijdragen en belastingen indien het maximumbedrag per kilometer niet wordt overschreden.
Het nieuwe bedrag dat van toepassing is vanaf 1 april 2024 tot en met 30 juni 2024 bedraagt 0,4265 EUR per kilometer.
Ter herinnering: het bedrag dat van toepassing was van 1 januari 2024 tot en met 31 maart 2024 bedroeg 0,4269 EUR per kilometer. Er is dus sprake van een daling tegenover het vorige bedrag.
Het is alternatief mogelijk om te kiezen voor de jaarlijkse indexering van de kilometervergoeding. Een werkgever kan dus kiezen tussen de driemaandelijkse of de jaarlijkse indexering, die 0,4280 EUR per kilometer bedraagt voor de periode van
1 juli 2023 tot 30 juni 2024. In het laatste geval moet de werkgever dus hetzelfde bedrag behouden gedurende de hele periode.
Een bijkomende voorwaarde is dat het aantal afgelegde kilometers per jaar niet abnormaal hoog mag zijn (maximum 24.000 km per jaar). Als het aantal kilometers hoger ligt, moet hiervan bewijs geleverd worden. Deze driemaandelijkse en jaarlijkse geïndexeerde bedragen zijn maximumbedragen. Werkgevers kunnen zonder problemen een lagere vergoeding per kilometer toepassen. Een hogere vergoeding per kilometer is ook mogelijk, maar dan ligt de bewijslast bij de werkgever en de werknemer. Zij moeten bewijzen dat de betaalde vergoeding overeenkomt met de reële kostprijs.
by admin | apr 9, 2024 | Boeken
Een boek dat geldzaken bespreekbaar maakt, ook tussen generaties onderling Geeft een breed overzicht van alle spaar- en investeringsmogelijkheden, onder meer spaarrekeningen en verzekeringen, aandelen en obligaties, vastgoed, crypto, goud en kunst Gidst je vakkundig door je hele financiële leven, van je eerste belastingaangifte over de vier pensioenpijlers tot je erfenisregeling. Met aandacht voor struikelblokken, praatjesmakers en zeepbellen
In de eerste helft van je leven ervaar je heel wat eerste keren met je geld: je eerste spaarboekje (is dat wel nog iets waard?), je eerste loon (wat doe je ermee?), je eerste woning (of toch langer huren?). In de tweede helft zoek je naar een goede balans: tussen spaar- en beleggingsopties (hoe weet je wat er bij je past?), tussen jou en je partner (wat als het verkeerd loopt?), tussen leven in het nu en plannen maken voor later (is een levensverzekering interessant). Wanneer je aankomt bij de derde helft, kun je het rustiger aan gaan doen (of bijklussen, mag dat?) en wat meer genieten (wat kost ouder worden?) met zicht op je pensioen (moet je dan nog steeds belastingen betalen?).
by admin | apr 9, 2024 | Varia
De Kamer heeft het licht op groen gezet voor de langverwachte pensioenhervorming van minister van Pensioenen Karine Lalieux (PS). Het gaat onder meer om de herinvoering van de pensioenbonus.
De federale regering bereikte in de zomer van 2023 na nachtelijke onderhandelingen een akkoord over de pensioenhervorming. Dat was in 2022 ook al eens gebeurd, maar een rapport van het Planbureau wees toen uit dat de plannen de vergrijzingsfactuur nog zouden doen toenemen. Bovendien drong de Europese Commissie aan op een ruimere hervorming, zo niet zou België honderden miljoenen aan relancegeld kunnen mislopen. De regering moest dus opnieuw naar het tekenbord.
De nieuwe hervorming voert opnieuw een pensioenbonus in. In tegenstelling tot de eerdere plannen wordt die netto en niet bruto uitbetaald. De eenmalige uitkering kan oplopen tot ruim 22.000 euro voor wie drie jaar langer werkt.
Daarnaast wordt de ‘perequatie’ van de ambtenarenpensioenen – die daardoor mee stijgen met de weddes van actieve ambtenaren, bovenop de index – beperkt tot 0,3 procent per jaar van het totale ambtenarenpensioen. Het tarief van de Wijninckx-bijdrage, de bijzondere socialezekerheidsbijdrage op de aanvullende pensioenen in de privésector, wordt vanaf 2028 verhoogd van 3 naar 6 procent.
Dat er voor het eerst een minimaal aantal jaren gewerkt moet worden om toegang te krijgen tot het minimumpensioen, blijft behouden uit het eerdere pensioenakkoord. Het gaat om 20 jaar effectieve loopbaan. Om rekening te houden met het verschil tussen mannen en vrouwen worden periodes die eigenlijk vergelijkbaar zijn, zoals zwangerschapsrust, vaderschapsverlof of tijdelijke werkloosheid, gelijkgesteld.
De nieuwe regeling levert volgens de regering een besparing van 0,5 procent van het bruto binnenlands product op tegen 2070, wat neerkomt op 3 miljard euro. Volgens de Vergrijzingscommissie bereikt de kost van de vergrijzing tegen 2050 echter een piek van 4,4 procent van het bbp.
*
De plenaire vergadering van de Kamer heeft ook ingestemd met een aanpassing in de berekening van de pensioenen van kunstwerkers. Bedoeling is om de momenten van creatie, voorbereiding en repetitie beter in rekening te nemen.
Wie in de kunstensector werkt, besteedt heel wat tijd aan de voorbereiding van werk. Denk maar aan acteurs of muzikanten die stukken repeteren. Alleen telt die creatie officieel niet mee als arbeidsdag, en worden die momenten dus ook niet meegenomen in de berekening van het pensioen.
De Kamer brengt daar nu op initiatief van pensioenminister Lalieux verandering in. De dagen van creatie zullen meetellen als arbeidsdagen en dus in rekening worden gebracht voor de toegang tot het minimumpensioen en de pensioenberekening.