Als we het Belgische gewaarborgd gemiddeld minimummaandinkomen (GGMMI) vergelijken met de internationale normen die in een toekomstige Europese richtlijn zouden moeten worden vastgelegd, stellen we vast dat dit nog verder zou moeten worden opgetrokken om een ‘aanvaardbaar’ niveau te bereiken. Dat zegt minister van Economie en Werk Pierre-Yves Dermagne (PS) vrijdag in La Dernière Heure.

Het onlangs verhoogde GGMMI bedraagt 1.806,16 euro. Onderhandelaars van het Europees Parlement en de Raad van de EU (lidstaten) bereikten deze week een akkoord over de toekomstige richtlijn inzake minimumlonen. Die neemt als criterium minstens 50 procent van het gemiddelde brutoloon of 60 procent van het mediane brutoloon.

Als men in België 60 procent van het mediaan loon wil bereiken, zou dit minimum 1.980 euro per maand moeten bedragen, of 12 euro per uur, schrijft La Dernière Heure. Volgens een recente studie van SD Worx ligt het mediaan loon in België onder de 3.000 euro bruto, met als uitzondering het Brussels Gewest en Waals-Brabant.

‘Het Belgische minimumloon is nog niet op het door de richtlijn vereiste niveau. Als we het minimumloon van 2021 vergelijken met het gemiddelde loon van 2021, krijgen we slechts 44% van het gemiddelde, geen 50 procent’, aldus de socialistische minister. Hij meent dat er bij de volgende loononderhandelingen een ‘gunstige impuls voor de armste werknemers’ moet komen.