Federaal regeerakkoord dreigt meer mensen dieper in armoede te drijven

Federaal regeerakkoord dreigt meer mensen dieper in armoede te drijven

In het uitgebreid dossier ‘De plannen van de regering De Wever’ analyseren we het federale regeerakkoord tot op het bot. In dit artikel gaan het Vlaams Netwerk tegen Armoede en het Belgisch Netwerk Armoedebestrijding dieper in op de gevolgen voor mensen in armoede.

“Elke persoon in armoede is en blijft er één te veel. Iedereen heeft recht op een menswaardig leven”, staat te lezen in de eerste paragraaf van het hoofdstuk Armoedebestrijding van het federaal regeerakkoord. Daarvoor zal de regering twee grote hefbomen gebruiken: werk en controle, zodat “armoedebeleid zich kan focussen op zij die niet kúnnen werken en hulpbehoevend zijn”. Daarmee wordt de toon meteen gezet.

Het Vlaams Netwerk tegen Armoede en het Belgisch Netwerk Armoedebestrijding (BAPN) vrezen echter dat het nieuwe federale regeerakkoord meer mensen dieper in de armoede zal duwen. De besparing van 2,8 miljard euro op de sociale zekerheid zal de koopkracht van mensen in armoede aantasten en haalt de sociale bescherming onderuit.

Bovendien zal de beperking van de werkloosheid in de tijd de kansen doen afnemen van mensen in hun zoektocht naar werk en hen richting OCMW en een leefloon drijven. Daarnaast zorgt de besparing van twee derde op de middelen voor een uitholling van de welvaartsenveloppe. De welvaartsenveloppe is nochtans een belangrijk instrument om de laagste uitkeringen te doen stijgen, bovenop de indexering met 2 procent. De welvaartsenveloppe beschermt mensen in de laagste inkomenscategorieën en beperkt de kloof tussen uitkeringen en de armoedegrens.

Werk als oplossing voor armoede?

Volgens het federaal regeerakkoord dient ‘een job als cruciale dam tegen armoede’ en ‘lonen kwalitatieve jobs en leiden ze uiteindelijk tot duurzame tewerkstelling’. Dat klopt zeker, al moeten we meteen de randbemerking maken dat werk geen automatische hefboom uit armoede is. Wie werkt, heeft in België 4,7 procent kans om in armoede terecht te komen.

Werknemers met laaggeschoolde profielen, in een deeltijdse job of verschillende (flexi-)jobs vormen het grootste deel van de werkende armen. Door de uitbreiding van het regime van flexijobs, het mogelijke verbod op nachtwerk en nog een aantal andere maatregelen vrezen we echter dat dit aantal nog zal stijgen.

Een tweede bemerking is dat de tekst van het regeerakkoord nogal kort door de bocht gaat over de zoektocht naar een job. De tekst gaat voorbij aan de veel complexere realiteit van de arbeidsmarkt met mensen die werk zoeken en vinden in onaangepaste en slechtverloonde jobs, met deeltijdse tewerkstelling en tijdelijke/interimcontracten.

In die arbeidsmarkt is discriminatie (op basis van leeftijd, afkomst, gender, beperking, scholingsgraad, handicap, ziekte) dagelijkse kost. Mensen ervaren een mix van sociale uitsluitingen op het vlak van huisvesting, gezondheid, financiële problemen, kinderopvang en sociaal netwerk. Daardoor is werk vinden en behouden helemaal geen evidentie. De beperking van de werkloosheid in de tijd veronderstelt verkeerdelijk dat mensen daardoor daadwerkelijk aan werk zouden geraken.

Werkloosheidsuitkering onder vuur

De beperking van de werkloosheid in de tijd zal niet het verhoopte effect hebben. Het zal mensen in een kwetsbare positie nog verder wegduwen van de arbeidsmarkt en net extra drempels opwerpen in de zoektocht naar werk.

De weg vooruit is daarentegen het begeleiden en opleiden naar fatsoenlijk werk, met een waardig loon, betaalbare en kwaliteitsvolle kinderopvang, een degelijk vervoersnetwerk en een uitbreiding van de aanvullende uitkeringen en steunmaatregelen tot werkenden met een laag loon. Dat is onnoemelijk efficiënter om mensen naar de arbeidsmarkt te leiden.

Door de beperking van de werkloosheid in de tijd, worden mensen weggeduwd uit de sociale zekerheid naar de sociale bijstand. Mensen zullen bij stopzetting van de werkloosheidsuitkering op zoek moeten naar een andere financiële oplossing met veel onzekerheid tot gevolg.

“Voor mij was financiële stabiliteit heel belangrijk. Zonder die zekerheid had ik niet de mentale ruimte om de stappen te zetten die nodig waren om te kunnen gaan werken. Ik moest op zoek naar een betere woning, werken aan mijn sociaal isolement, aan mijn zelfvertrouwen … Als je uitkering dan heel onzeker of te laag is, gaat dat niet. Dan ben je puur bezig met overleven.”
-Getuigenis-

Mensen die hun werk verliezen, zouden kunnen rekenen op een hogere uitkering in het begin van hun werkloosheidsperiode, stelt het federaal regeerakkoord. De studie van de effecten van de inperkingen in de inschakelingsuitkeringen heeft al aangetoond dat zulke maatregelen geen impact hebben op de uitstroom naar werk voor laaggeschoolden.

Een OESO-rapport van juni 2022 laat zien hoe de invoering van de versterkte degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen niet heeft geleid tot hogere tewerkstelling. Door de extra drempels in de zoektocht naar werk zullen de maatregelen van de federale regering in de praktijk leiden tot meer aanvragen tot leefloon, de overgang naar een ziekte-uitkering en/of een grotere afhankelijkheid van een partner.

De beperking van de werkloosheid in de tijd zal mensen wegduwen uit de sociale zekerheid naar de sociale bijstand. Een aantal mensen zal gaan aankloppen bij het OCMW. OCMW’s doen dienst als residueel opvangnet. Mensen zoeken hulp bij het OCMW als het gezinsbudget ontoereikend is om aan de primaire behoeften te voldoen, zoals huisvesting, voeding, water en energie. Het OCMW is een laatste reddingsboei, waar mensen helemaal niet naar uitkijken. Bovendien zijn OCMW’s niet gespecialiseerd in de begeleiding naar werk. Dat zorgt dus voor een nieuwe drempel in de zoektocht naar werk.

Het is opnieuw contraproductief, want de zoektocht naar werk komt zo nog extra onder druk te staan. Het is onduidelijk wie je verder zal begeleiden naar werk. Zal de werkzoekende nog bij VDAB op begeleiding naar werk kunnen rekenen. Is iemand dan aangewezen op de dienstverlening van OCMW of verdwijnt die van de radar

Nu al zijn mensen in armoede op zoek naar werk een speelbal tussen diensten waarbij veel informatie en vertrouwen verloren gaan. De beperking van de werkloosheid zal dit nog verergeren, en daardoor de weg naar werk hinderen in plaats van te vergemakkelijken. Parallel komt de wettelijke opdracht van het OCMW als laatste vangnet voor een menswaardig bestaan voor iedereen zo nog meer onder druk te staan.

Voorwaardelijke sociale rechten

Naast werk zet het federaal regeerakkoord in op controle. Een streng activeringsbeleid zou meer mensen aan het werk moeten krijgen. Sociale rechten worden steeds meer gekoppeld aan voorwaarden in de zoektocht naar werk met strengere controles en sancties voor werkzoekenden en langdurig zieken. Wie niet voldoet aan de voorwaarden, krijgt een sanctie en ziet zijn rechten tijdelijk of definitief geschorst worden.

De belangrijkste voorwaarde is activering. Wie recht heeft op een uitkering, zal werk moeten zoeken, anders vervalt diens recht. Alle rechthebbenden op een leefloon zullen nu ook verplicht een Geïndividualiseerd Project voor Maatschappelijke Integratie (GPMI) moeten aangaan.

Het GPMI was in eerste instantie bedoeld als begeleidingsinstrument, maar wordt des te meer een administratieve, zelfs louter technische voorwaarde voor het leefloon. Dat heeft als gevolg dat de kansen van mensen in moeilijke financiële levensomstandigheden plaatsmaken voor angst en stress, zoals we al hebben vastgesteld in de publicatie ‘Het GPMI: te veel uitsluiting, te weinig begeleiding ’. Als de rechthebbende de (eenzijdig) gemaakte afspraken niet of niet voldoende opvolgt, volgt er opnieuw een sanctie.

Maatschappelijk stigma

Maar tegen die tijd heeft die persoon al jaren van controle, obstakels, vallen en opstaan, en veroordelende blikken achter de rug. Jarenlang bezig zijn met overleven, worstelen met fysieke en mentale gezondheidsproblemen die armoede veroorzaken, vechten om uit de schulden te geraken, kinderen opvoeden in onmenselijke omstandigheden.

De tekst van het regeerakkoord bulkt van de tegenstellingen tussen zij die werken, zij die hulp verdienen en de anderen. Die ‘anderen’ worden gezien als mensen die niet actief genoeg naar werk zoeken, als ‘profiteurs’ en ‘luieriken’ die in de hangmat van de sociale zekerheid hangen.

De federale regering zal de controle versterken om ervoor te zorgen dat deze ‘derderangsburgers’ geen cent te veel betaald krijgen. Dat terwijl uit recente cijfers blijkt dat er slechts een heel klein percentage sociale fraude is.

De regering zal investeren in het sensibiliseren van eerstelijnsactoren om misbruiken van Dringende Medische Hulp tegen te gaan. Het blijkt echter dat 80 à 90 procent van de mensen zonder wettig verblijf die er recht op hebben het gewoon niet aanvragen.

Wie volgens de federale regering de uitkering niet gebruikt voor dagelijkse basisbehoeften, zal mogelijks een deel van het inkomen rechtstreeks in alternatieve vormen krijgen. Denk hierbij aan voedselbonnen, bonnen voor kledij voor de kinderen of de rechtstreekse betaling van de schoolfactuur door de uitkeringsinstelling. Dat tast de koopkracht en het beperkte gezinsbudget van mensen in armoede aan, net als hun keuzevrijheid om sociale toeslagen en bijslagen vrij te besteden en te beschouwen als een deel van het algemene gezinsinkomen.

“Als mijn kind dan nieuwe schoenen nodig heeft, maar de elektriciteitsrekening ligt er ook nog. Wat moet ik dan kiezen om eerst te betalen? Als ik mijn elektriciteit niet betaal, kan de maatschappij een signaal geven aan de lokale overheid dat ik een betalingsachterstand heb. Maar moet ik dan mijn kind met kapotte schoenen naar school sturen? Dan wordt hij daar gepest en gaat de school misschien aan de alarmbel trekken. Welke keuze je dan ook maakt, je loopt sowieso het risico om een deel van je inkomen te verliezen.”
-Getuigenis-

Naast een moeilijke financiële positie ervaren mensen in armoede een maatschappelijk stigma. Velen worden geconfronteerd met negatieve vooroordelen en aannames die hun persoonlijke en professionele leven beïnvloeden. Dat leidt tot gevoelens van schaamte, schuld en sociale isolatie. We zien de laatste decennia opnieuw een verschuiving van armoede als een maatschappelijk probleem naar het individuele schuldmodel. Armoede wordt steeds meer gezien als een individuele verantwoordelijkheid en niet als een structureel probleem.

Het federale regeerakkoord creëert A- en B-burgers. Zo moeten nieuwkomers bijvoorbeeld vijf jaar wachten voor ze recht hebben op een leefloon. Dat terwijl het leefloon het allerlaatste vangnet in onze sociale zekerheid is. Door deze maatregel in te voeren, duwt de federale overheid nieuwkomers in een zeer precaire financiële situatie waar ze moeilijk uit kunnen geraken.

Een leefloon is net het steuntje in de rug voor mensen om hun leven in België uit te bouwen en zo actief aan de maatschappij bij te dragen. Het helpt hen niet financieel kopje-onder te gaan in hun zoektocht naar een woning en werk.

“Ik hoor weleens dat mensen die niet werken of in armoede leven, lui zijn. Dat deze mensen leven op de kosten van de staat, op de kosten van de belastingbetaler. Er zijn mensen die dat ook rechtstreeks in je gezicht zeggen. Maar wij zijn niet lui, wij zijn geen profiteurs; mits de juiste begeleiding en kansen kunnen wij bouwen aan een toekomst.”
-Getuigenis-

Geen toekomstperspectief

Armoede is een multidimensionaal probleem, maar in de eerste plaats een financieel probleem. Uitkeringen boven de armoedegrens en hogere minimumlonen zorgen voor voldoende financiële middelen voor mensen in werkloosheid en mensen die werken, om te voorzien in hun levensonderhoud.

De komende jaren zal de armoede hoogstwaarschijnlijk toenemen en verdiepen door de uitholling van de welvaartsenveloppe, de zwaarste besparingen in de sociale zekerheid en de bevriezing van de verhoging van de laagste inkomens tot of boven de armoedegrens.

Door strengere voorwaarden voor sociale rechten en de uitsluiting van bepaalde groepen in de samenleving van deze rechten, creëert de federale regering eerste- en tweederangsburgers binnen de Belgische bevolking. Daarnaast ligt de focus op controle en sanctionering van iedereen die gebruikmaakt van deze rechten in plaats van in te zetten op automatische rechtentoekenning en de toegankelijkheid van sociale diensten. Zo kan elke rechthebbende zijn of haar rechten opnemen.

De beperking van de werkloosheid in de tijd, maar ook de verhoogde druk op werkzoekenden in activeringstrajecten via financiële straffen zullen contraproductief werken. Financiële onzekerheid zal de afstand tot de arbeidsmarkt vergroten en het risico op armoede verdiepen.

Om meer mensen aan het werk te krijgen, is een bredere kijk nodig op de cruciale randvoorwaarden die mensen in staat stellen om werk te vinden en te behouden. Daarvoor is niet enkel een bestraffend beleid nodig, maar eerder een aanvullend en ondersteunend beleid. Mensen in armoede zijn nu al dagelijks bezig met overleven, soms een leven lang. Het nieuwe federaal regeerakkoord geeft hen en hun kinderen helaas weinig toekomstperspectief.

Het Vlaams Netwerk tegen Armoede en het Belgisch Netwerk Armoedebestrijding (BAPN) nemen het op voor de belangen van mensen in armoede door in te zetten op ervaringsdeskundigheid en hun stem te versterken. Dat doen ze onder meer samen met de 61 lokale verenigingen waar mensen in armoede het woord nemen in Vlaanderen en Brussel. In Vlaanderen en Brussel bereiken ze zo’n 22.000 mensen in armoede. Velen onder hen worstelen dagelijks met toegang tot sociale rechten op het vlak van inkomen, werk, wonen, onderwijs, vrije tijd en vele andere levensdomeinen.

Lees ook: 

Het volledige dossier.

1. Waar komt dit regeerakkoord vandaan? (Seppe De Meulder)

1.1 Waarom is er geen debat over de Europese begrotingsregels? 
1.2 Wat is de staatsschuld, waar komt ze vandaan en wie profiteert ervan?
1.3 Het doemdenken van Bart De Wever
1.4 De verrechtsing van het politieke debat

2. Wat staat er ons te wachten?

2.1 Een begroting op maat van grote bedrijven (Seppe De Meulder)
2.2 Jef Maes (ABVV) over afbraak sociale zekerheid (Kristien Merckx)
2.2 Vruchteloos zoeken naar werkbaarheid in de Arizona-woestijn (Raf De Weerdt & Lander Vander Linden, ABVV)
2.3 Competitiviteit van bedrijven krijgt voorrang op klimaatambities (Greenpeace)
2.4  Federaal regeerakkoord dreigt meer mensen dieper in armoede te drijven (Vlaams Netwerk tegen Armoede & het Belgisch Netwerk Armoedebestrijding
2.5 Regering tegen vrouwen (Fauve Peirelinck & Matilde De Cooman, Collectief 8 maars)
2.6 Het strengste asiel- en migratiebeleid ooit uitgelegd (Pascal Debruyne, migratie-expert)
2.7 Miljarden sociale uitgaven doorgesluisd naar leger en wapenfabrikanten (Ludo De Brabander, Vrede vzw)
2.8 Democratische rechten onder druk

3. Macht en tegenmacht

3.1 Wij zijn de motor van dit land (Bert Engelaar, ABVV)
3.2 Verzet tegen regeerakkoord: “De volgende 12 maanden zijn doorslaggevend” (Lieveke Norga, AVC Puls, Toon Danieux)
3.3 De kracht van samenwerking (Fatiha Dahmani, union organiser)
3.4 Ja, er is een alternatief voor de plannen van De Wever (Joris Van Gorp)
3.5 Naar een nieuw realisme

Bron: DeWereldMorgen.be

Algemene staking tegen regeerakkoord

Het ABVV kondigt een algemene staking aan tegen het “onverteerbaar regeerakkoord”: Het wordt een  “Begin van marathon aan protest”. Dat belooft.

Het regeerakkoord van de regering-De Wever is voor de socialistische vakbond “onverteerbaar”. Daarom kondigt ABVV een algemene staking aan “die niet het einde van een actieplan vormt, maar het begin van een marathon van protest”.

De staking heeft nog geen datum. Eerst organiseren de bonden nog een al geplande betoging op 13 februari. Die was aanvankelijk gericht op de openbare diensten, maar de christelijke bond ACV kondigde dinsdagochtend al aan dat die actie wordt verbreed.

De bonden moeten nog onderling afstemmen, maar ABVV kondigt dus alvast een algemene staking aan. “Het is duidelijk dat het regeerakkoord een frontale aanval blijft op de hele arbeidswereld, ondanks de tijdelijke redding van de loonindexering en de meerwaardebelasting die Vooruit onder druk van sociaal protest heeft bekomen”, zegt de vakbond.

ABVV klaagt onder meer aan dat de regering de sociale partners geen onderhandelingsruimte biedt, “of het nu gaat om flexibiliteit, arbeidstijd, eindeloopbanen of SWT”.

ACLVB wil geen staking: “Kans geven aan overleg”

ACLVB sluit zich niet aan bij de stakingsplannen van de socialistische vakbond. Dat zegt nationaal voorzitter Gert Truyens. “Deze regering is democratisch verkozen en we willen het overleg een kans geven.”

De bonden reageren op verschillende manieren op het regeerakkoord. ABVV kondigde een algemene staking aan, maar zonder al een datum vast te leggen. ACV wil dan weer een actieplan opstellen dat lang kan worden volgehouden. ACLVB zegt eerst het overleg een kans te willen geven.

“Wij zijn vandaag geen vragende partij voor een 24 urenstaking”, zegt Truyens. “We zijn een overlegvakbond. We willen eerst zien hoe ernstig deze regering de adviezen van de sociale partners neemt.” Bovendien start ook het tweejaarlijkse overleg over een interprofessioneel akkoord (ipa) met de werkgevers. “Nu het land platleggen, legt ook dat overleg plat.”

ACLVB wil geen staking: “Kans geven aan overleg”

ACLVB sluit zich niet aan bij de stakingsplannen van de socialistische vakbond. Dat zegt nationaal voorzitter Gert Truyens. “Deze regering is democratisch verkozen en we willen het overleg een kans geven.”

De bonden reageren op verschillende manieren op het regeerakkoord. ABVV kondigde een algemene staking aan, maar zonder al een datum vast te leggen. ACV wil dan weer een actieplan opstellen dat lang kan worden volgehouden. ACLVB zegt eerst het overleg een kans te willen geven.

“Wij zijn vandaag geen vragende partij voor een 24 urenstaking”, zegt Truyens. “We zijn een overlegvakbond. We willen eerst zien hoe ernstig deze regering de adviezen van de sociale partners neemt.” Bovendien start ook het tweejaarlijkse overleg over een interprofessioneel akkoord (ipa) met de werkgevers. “Nu het land platleggen, legt ook dat overleg plat.”

ACLVB blijft wel achter de al langer geplande actie van 13 februari staan. Die zou aanvankelijk gericht zijn op de openbare diensten, maar na ACV zegt ook ACLVB dat die actie breder zal gaan. Truyens ziet die betoging als “een signaal” aan de regering dat die het sociaal overleg ernstig moet nemen.

*

De werkgevers pikken de stakingsdreiging van ABVV niet.

De stakingsplannen van de socialistische vakbond tegen de regering-De Wever stuiten op onbegrip bij de Vlaamse werkgeversorganisaties Voka en Unizo.

“Dit is onverantwoordelijk gedrag”, zegt Unizo-topman Danny Van Assche. “Het ABVV spreekt over een mogelijke marathon van protest. We houden ons hart vast voor de economische gevolgen. In plaats van zichzelf fier op de borst te slaan met deze betogingsdrang kiest men beter voor de weg van overleg. Deze acties zullen onze economie schaden, maar het zal voor weinig verandering zorgen.”

“De economie lamleggen op een moment dat het water onze bedrijven aan de lippen staat, is verwerpelijk en onaanvaardbaar”, zegt gedelegeerd bestuurder van Voka Hans Maertens. “De vakbonden hebben uiteraard het recht om te protesteren, maar onze ondernemingen mogen hiervan niet de dupe zijn. Het ABVV speelt met vuur.”

Voka roept de andere bonden op om de stakingsoproep niet te volgen. ACLVB liet intussen weten geen vragende partij te zijn voor een staking. ACV is dan weer voorstander van een actieplan dat lang kan worden volgehouden. De vakbonden en de werkgevers zien elkaar later dinsdag voor een overleg in de Groep van Tien, die bestaat uit vijf vertegenwoordigers van de werkgevers en vijf van de vakbonden. De sociale partners starten dan het tweejaarlijkse loonoverleg op.  Bron: GVA

Komt er wel een meerwaardebelasting?

Komt er wel een meerwaardebelasting?

De meerwaardebelasting deed de nieuwe regering bijna mislukken, en zorgt al na enkele dagen opnieuw voor discussie. Want niet alle regeringspartijen verstaan hetzelfde onder die term. Ook bij beleggers roept de maatregel veel vragen op.

Stel, je koopt 250 aandelen van een  bedrijf  voor 100 euro per stuk. Het bedrijf presteert uitstekend en na tien jaar is de aandelenkoers opgelopen tot 150 euro. De investering van 25.000 euro is nu 37.500 euro waard en dus besluit je te verkopen. Je winst bedraagt 12.500 euro.

Volgens de solidariteitsbijdrage die de regering wil invoeren en voor veel discussie zorgde, betaal je 10 procent op de meerwaarde bij de verkoop van financiële activa zoals aandelen, fondsen, obligaties en cryptovaluta. Daarbij geldt een vrijstelling op de meerwaarde tot 10.000 euro. In ons voorbeeld betaal je een belasting van 250 euro, of 10 procent op 2.500 euro (in de praktijk zal het iets minder zijn, want de vrijstelling van 10.000 euro wordt jaarlijks geïndexeerd).

Zoals het in het regeerakkoord staat, lijkt de meerwaardebelasting voor beleggers eenvoudig – voor wie 20 procent of meer in een bedrijf heeft, gelden nog andere regels. Men begint te tellen vanaf het moment dat de regel ingevoerd wordt. Wie verlies boekt op activa, kan dat ook aftrekken van zijn meerwaarden. Op die manier kan je ook onder de drempel van 10.000 euro komen.

Toch doen er over de meerwaardebelasting al verschillende interpretaties de ronde. MR blijkt er een andere lezing op na te houden dan CD&V en Vooruit, vooral over de passage rond wie 20 procent of meer in een bedrijf heeft. De spanning rond de belasting die bijna zorgde voor het mislukken van Arizona – ook vrijdag leidde dit nog tot een kortsluiting in de formatie -, is nog niet weg.

Ook bij beleggers roept de korte passage in het regeerakkoord nog veel vragen op, zegt Ben Granjé van de Vlaamse Federatie van Beleggers. “Wat met aandelen in het buitenland? Moet je zelf aangifte doen, of loopt dat via banken en brokers? We krijgen er veel vragen over, maar kennen het antwoord ook niet.”

Nog zo’n voorbeeld. Wat als je van die 250 aandelen van bedrijf x er binnen een jaar 100 verkoopt, om er dan even later weer 100 bij te kopen? Dan heb je verschillende koersen van een aandeel. Welke telt dan om de meerwaarde te berekenen?

“In het buitenland lost men dat op volgens het first in first out-principe”, zegt Tim Nijsmans, docent private banking (Arteveldehogeschool) en auteur van De hangmatbelegger. “Bij de verkoop kijkt men dan naar de aandelen die je eerst kocht, ook omdat daar de grootste opbrengst zit.”

Nijsmans vreest vooral dat occasionele beleggers zullen speculeren in plaats van in hun hangmat te blijven liggen. “Nu zet je beleggers aan om onder die 10.000 euro te blijven en gaan ze dus sneller verkopen, desnoods met verlies.”

“Veel Belgen beleggen maandelijks een kleine som om iets extra te hebben als ze met pensioen gaan”, zegt Thomas Guenter, vermogensbeheerder bij Finhouse. “Dan spreken we dus over een lange beleggingstermijn. Als ze dan verkopen, zal bijna alles uit meerwaarden bestaan en onder die belasting vallen, met een gigantische belastingfactuur tot gevolg. Op die manier treft deze belasting niet alleen de sterkste schouders.”

Een vrijstelling voor wie zijn activa lang bijhoudt, kan een oplossing bieden. Ook premier Bart De Wever (N-VA) gaf aan dat de goede huisvader die tien jaar zijn aandelen bijhoudt, de belasting niet moet betalen. Die vrijstelling staat nu echter niet in het regeerakkoord, iets waar men bij Vooruit snel op wees.

De regering zou hopen 500 miljoen te innen via de meerwaardebelasting. “Met alle onduidelijkheden die er zijn, zou ik goed nadenken over hoe je dit invoert”, zegt Guenter. “Eigenlijk zou je het Rekenhof moeten vragen een studie te doen over de baten en kosten. Zorgt dit voor een kapitaalvlucht? Wat is de controlekost? Dat moet je in kaart brengen.”  Bron: DM

Maar  minister Jambon deed erg vaag over de “meerwaardebelasting” en hoe die er uiteindelijk zou uitzien. Misschien zijn het allemaal loze beloften en komt die er wel niet, een soort dode mus zou je kunnen zeggen. Volgens Neutr-On is er inderdaad nog veel onduidelijkheid over de “meerwaardebelasting” en als er slechts 500 miljoen euro aan belasting wordt bekomen is dat VEEL te WEINIG. De rijkentaks zou minstens 10 miljard euro per jaar moeten bedragen. Het best is dat het inningssysteem eenvoudig en duidelijk gemaakt wordt.

BDW doet aanval op de vakbonden

BDW doet aanval op de vakbonden

De nieuwe regering zaagt aan de poten van de vakbonden

In het regeerakkoord staan meerdere maatregelen waarmee de vakbonden niet bepaald blij zijn. Zo moeten ze voor een gedeelte van hun taken rechtspersoonlijkheid aannemen.  Opinie van Stijn Decock  in GVA

De reactie van werkgeversorganisaties op het regeerakkoord is gematigd positief: heel wat goede maatregelen, maar ook enkele zaken die moeilijk te slikken zijn, zoals de meerwaardebelasting. Economen lijken eerder te twijfelen of er met dit akkoord een voldoende grote basis is om de economische uitdagingen aan te gaan.

De vakbonden reageren ronduit negatief. “Het akkoord toont geen visie maar net minachting voor werknemers, ambtenaren, nieuwkomers en vluchtelingen, zieken, werkzoekenden, vrouwen …”, schreef het socialistische ABVV in een persbericht. “Dit regeerakkoord zorgt niet voor de noodzakelijke hervormingen op het vlak van koopkracht, lonen en fiscaliteit”, reageerde Gert Truyens, voorzitter van de liberale vakbond ACLVB.  Voor Neutr-On is het nog altijd niet duidelijk wat deze vakbond doet, ze lopen er toch maar voor spek en bonen bij, en om de hoop te vergroten, bij betogingen.

Hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen (HVW)

Wat de vakbonden ongetwijfeld ook niet zint, is het feit dat de regering onderhuids aan de poten van hun macht zaagt. Zo vliegen ze uit het beheerscomité van de Hulpkas voor werkloosheidsuitkeringen (HVW). Die Hulpkas keert werkloosheidsuitkeringen uit aan wie niet aangesloten is bij een (grote n.v.d.r)  vakbond. Critici beweren dat ze een goede werking van de Hulpkas verhinderen. Er een uitkering aanvragen is complex en je moet lang wachten. Daardoor zouden werknemers zich bijna verplicht voelen om lid te worden van een vakbond. De nieuwe regering zegt dat ze die Hulpkas efficiënter en moderner wil maken. Lees: je zult je niet meer per se bij een vakbond moeten aansluiten voor een vlotte uitbetaling van werkloosheidssteun. Dat kan de bonden leden kosten.  Volgens Neutr-On worden vooral de leden van de bouwnijverheid gegijzeld. Die moeten zich verplicht aansluiten bij Constructiv om van een aantal voordelen te kunnen genieten. Vrijheid van vakbond bestaat dan niet meer. Neutr-On noemt dat machtsmisbruik.

Zie: https://www.constructiv.be/nl-BE/Arbeiders/Voordelen-arbeider.aspx

Een andere maatregel die de vakbondsmacht moet insnoeren heeft het maar gedeeltelijk gehaald in de eindnota. In de eerste versie stond nog dat de vakbonden rechtspersoonlijkheid moesten aannemen. De historische reden dat ze dat niet moesten, is dat werkgevers geen zicht mogen krijgen op de omvang van de stakingskassen. Anders zouden ‘patrons’ kunnen uitrekenen wanneer die kas leeg zou zijn en de staking dus zou aflopen.

Doordat ze geen rechtspersoonlijkheid hadden, konden vakbonden ook niet juridisch vervolgd worden door partijen die schade ondervonden aan hun acties. Het compromis in de finale tekst is dat vakbonden rechtspersoonlijkheid moeten aannemen, maar alleen voor het gedeelte waarmee ze diensten aan hun leden verlenen, zoals de uitkering van werkloosheidsuitkeringen. Voor het andere gedeelte, betogingen en stakingen, moet dat niet. Het is maar de vraag of die twee delen financieel makkelijk uit elkaar te halen zijn.

Volgens Neutr-On werd er bij de sociale verkiezingen nogal wat gesjoemeld en controle was er niet. Sjoemelende vakbonden voor de rechtbank dagen was ook onmogelijk wegens hun gebrek aan rechtspersoonlijkheid. De rechtbanken gingen daar steeds in mee, en dat noemt men dan democratie.

Strenger toezicht vakbondsacties De nieuwe regering zal ook strenger toekijken op vakbondsacties. Zo mogen rechters relschoppers bij die acties een demonstratieverbod opleggen. De regering viseert vooral acties die veel hinder veroorzaken voor derden, zoals de blokkering van een snelweg. Ook wordt de ontslagtermijn voor niet-verkozen vakbondskandidaten in de ondernemingsraad van een bedrijf teruggebracht van twee jaar tot zes maanden.

Daarmee lijkt de nieuwe regering toe te geven aan kritiek die je soms in werkgeverskringen hoort: sommige slechtpresterende werknemers zouden zich op een vakbondslijst zetten om ontslag te vermijden. Volgens Neutr-On wordt het tijd dat ook kleine vakbonden aan de sociale verkiezingen mogen deel-nemen. Zo kunnen ze leden werven en groeien zodat het machtsmisbruik van de grote vakbonden stopt.  Dat is pas echte democratie!.

Het federale regeerakkoord

Na bijna acht maanden onderhandelen is er een nieuwe regering, die wordt de Arizona-coalitie genoemd. Wat hebben de N-VA, de MR, Les Engagés, Vooruit en CD&V afgesproken?

Lees hieronder de volledige tekst van het federale regeerakkoord en enkele besprekingen van de media.

https://img.static-rmg.be/a/pdf/6995495/regeerakkoord-pdf.pdf

https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2025/02/05/het-federale-regeerakkoord-doorgelicht/ https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2025/01/31/beperken-van-werkloosheidsuitkering-in-tijd-gevolgen-voor-tewerkstelling-armoede-huwelijk-en-gezondheid/

De regering-De Wever krijgt vertrouwen van de Kamer.

De Kamer heeft vrijdagochtend na een debat van meer dan 40 uur het vertrouwen gegeven aan de regering van premier Bart De Wever (N-VA). 81 Kamerleden stemden voor, 66 stemden tegen, niemand onthield zich.

De regering-De Wever kreeg het vertrouwen van de meerderheidspartijen N-VA, Vooruit, CD&V, MR en Les Engagés. Oppositiepartijen Vlaams Belang, PS, PVDA, Groen, Ecolo, Open VLD en DéFI stemden tegen.

Pas na 28 uur kon De Wever het parlement van antwoord dienen, waarna de thematische debatten van start gingen, waarbij elke minister per thema aan de tand werd gevoeld. De vertrouwensstemming, die oorspronkelijk gepland was voor donderdag 16.30 uur, vond uiteindelijk pas vrijdagochtend om iets voor 2.30 uur plaats. ‘Het heeft lang geduurd, maar het is dan toch gebeurd’, besloot de nieuwe kamervoorzitter Peter De Roover (N-VA) en hij sloot de zitting af.

Er is een nieuwe regering!

Er is een nieuwe regering!

Dit zijn de ministers van de nieuwe federale regering De Wever.

De leden van de nieuwe federale regering hebben maandagochtend 3 februari de eed afgelegd in het Koninklijk Paleis. Vier van de vijftien ministers in de federale regering- zijn vrouwen. Twee ministers komen uit Brussel.

Wat meteen opvalt: de Arizona-coalitie, zoals de nieuwe regering wordt genoemd,  telt weinig vrouwen. Het kernkabinet is met premier Bart De Wever, Jan Jambon (N-VA), David Clarinval (MR), Maxime Prévot (Les Engagés), Frank Vandenbroucke (Vooruit) en Vincent Van Peteghem (CD&V) volledig mannelijk.

Minister van Asiel en Migratie Anneleen Van Bossuyt (N-VA), Minister van Middenstand, Zelfstandigen en KMO’s Eléonore Simonet (MR), minister van onder andere Overheidsbedrijven Vanessa Matz (Les Engagés) en minister van Justitie Annelies Verlinden (CD&V) zijn de enige vrouwen.

Ter vergelijking: de regering-De Croo schoot met acht vrouwelijke reden uit de startblokken, onder wie twee vicepremiers, Sophie Wilmès (MR) en Petra De Sutter (Groen). De Vivaldi-ploeg was wel wat groter dan de regering-De Wever.

Hoe ziet de nieuwe regering er uit?

Premier: Bart De Wever (N-VA)

Voor het eerst komt een N-VA’er aan het hoofd te staan van de federale regering. Daarmee neemt De Wever na meer dan twintig jaar afscheid van het voorzitterschap van de partij. Wie hem zal vervangen is nog niet bekend. Wat wel geweten is, is dat Els van Doesburg zijn taken als burgemeester in Antwerpen overneemt.

Financiën en Pensioenen: Jan Jambon (N-VA)

De rol van minister van Financiën en Pensioenen gaat naar Jan Jambon (N-VA). Daarnaast wordt hij ook bevoegd voor de Nationale Loterij en de Culturele Instellingen, en is hij vicepremier.

Binnenlandse Zaken en Beliris: Bernard Quintin (MR)

Niet MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez wordt de nieuwe minister van Binnenlandse Zaken, maar wél Brusselaar Bernard Quintin (MR). De Ganshorenaar werd enkele maanden geleden opgetrommeld als vervanger voor Hadja Lahbib (MR) op de post van Buitenlandse Zaken en schuift nu door naar het departement Binnenlandse Zaken. Bouchez wou oorspronkelijk zelf in de regering stappen, maar botste op tegenwind binnen zijn partij omdat hij een ministerpost wou combineren met het partijvoorzitterschap. Quintin wordt ook verantwoordelijk voor Beliris.

Volksgezondheid en Sociale Zaken: Frank Vandenbroucke (Vooruit)

Vooruit-boegbeeld Frank Vandenbroucke blijft minister van Volksgezondheid en Sociale Zaken voor Vooruit in de nieuwe federale regering. Daarnaast wordt Vandenbroucke ook opnieuw vicepremier.

In tegenstelling tot een dikke vier jaar geleden is zijn terugkeer nu geen verrassing: Vandenbroucke liet de afgelopen jaren al uitschijnen dat zijn werk op Volksgezondheid niet in één regeerperiode kon worden geklaard. Zo nam hij zich voor om de ziekenhuisfinanciering grondig te hervormen, maar dat lukte vooralsnog niet.

Buitenlandse Zaken: Maxime Prévot (Les Engagés)

Ook huidig Les Engagés-voorzitter Maxime Prévot treedt toe tot de regering. Hij wordt minister van Buitenlandse Zaken en vice-premier. De voorbije jaren blies partijvoorzitter Prévot zijn partij, waarvan velen hadden gedacht dat ze op sterven na dood was, nieuw leven in. Het partijvoorzitterschap gaat tijdelijk naar EU-parlementslid Yvan Verougstraete.

Begroting: Vincent Van Peteghem (CD&V)

Vincent Van Peteghem wordt vicepremier voor CD&V en minister van Begroting in de nieuwe federale regering. Van Peteghem was ook in de vorige regering vicepremier, maar was daar bevoegd voor Financiën.

Vlaams parlementslid Vincent Van Peteghem, kandidaat-CD&V-voorzitter

Justitie: Annelies Verlinden (CD&V)

Annelies Verlinden (CD&V) wordt minister van Justitie. Verlinden was in de ontslagnemende regering-De Croo minister van Binnenlandse Zaken, Institutionele Hervormingen en Democratische Vernieuwing en was één van de hoofdonderhandelaars van haar partij.

Asiel en Migratie: Anneleen Van Bossuyt (N-VA)

Anneleen Van Bossuyt wordt door haar partij N-VA naar voor geschoven als minister voor Asiel en Migratie. Van Bossuyt zetelde de afgelopen jaren in de Kamer en was daarvoor Europees Parlementslid.

In oktober zette ze een goede score voor N-VA neer in Gent, maar de partij belandde daar alsnog in de oppositie toen het bestuursakkoord met de paarse stadslijst Voor Gent niet voorbij het partijbestuur van Vooruit geraakte. Sindsdien wordt ze binnen de N-VA op handen gedragen.

De Gentse krijgt naast Asiel en Migratie ook de bevoegdheden Maatschappelijke Integratie en Grootstedelijk Beleid.

Defensie: Theo Francken (N-VA)

Theo Francken (N-VA) wordt minister van Defensie. Ook wordt hij bevoegd voor Buitenlandse Handel.

Sinds 2013 is hij ook burgemeester van de Vlaams-Brabantse gemeente Lubbeek, maar daar zal hij zich moeten laten vervangen.

Consumentenzaken, Gelijke Kansen en Sociale Fraude: Rob Beenders (Vooruit)

Rob Beenders wordt de tweede minister voor Vooruit in de federale regering. Beenders wordt minister van Consumentenzaken, Sociale Fraude en Gelijke Kansen. Dat heeft partijvoorzitter Conner Rousseau bekendgemaakt op Instagram.

Klimaat en Mobiliteit: Jean-Luc Crucke (Les Engagés)

Voormalig MR-minister Jean-Luc Crucke, die in februari 2023 naar Les Engagés overstapte, keert terug als minister voor Les Engagés, in een regering met de MR. De man uit Henegouwen was tussen 2017 en 2022 Waals minister van Begroting in de regeringen onder leiding van Willy Borsus en Elio Di Rupo, en krijgt nu Klimaat en Mobiliteit voor de kiezen in de nieuwe federale regering.

Modernisering Overheid: Vannesa Matz (Les Engagés)

Matz startte de huidige legislatuur als fractieleider voor Les Engagés in de Kamer en kreeg een belangrijke rol in het federale onderhandelingsteam van Maxime Prévot. Tijdens het conclaaf in de Koninklijke Militaire School maakte ze deel uit van de driekoppige Les Engagés-delegatie.

Werk, Economie en Landbouw: David Clarinval (MR)

David Clarinval, in de Vivaldi-regering minister van onder meer Middenstand en Kmo’s en ook vicepremier voor de MR, wordt bevoegd voor Werk, Economie en Landbouw.

Energie: Mathieu Bihet (MR)

Luikenaar Mathieu Bihet krijgt de bevoegdheid Energie op zijn bord, het thema dat hij al volgde als Kamerlid. Bihet is een vertrouweling van MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez.

Middenstand, Kmo’s en Zelfstandigen: Eléonore Simonet (MR)

Tot slot: de Brusselse Eléonore Simonet schopt het minder dan een jaar nadat ze voor het eerst verkozen werd – in het Brussels parlement – meteen tot federaal minister. De 27-jarige MR-politica uit Sint-Lambrechts-Woluwe wordt bevoegd voor Middenstand, Kmo’s en Zelfstandigen.