Na de Panama Papers is er alweer een financieel schandaal aan het licht gekomen, de Pandora Papers.
Meer dan 1200 burgers en inwoners van België hebben via 14 offshoreproviders schermbedrijven en trusts opgericht in belastingparadijzen.
Dat blijkt uit de Pandora Papers, een nieuw internationaal onderzoek van het Internationaal Consortium van Onderzoeksjournalisten (ICIJ)
Vijf jaar na de publicatie van de Panama Papers pakt het Internationaal Consortium van Onderzoeksjournalisten (ICIJ)
opnieuw uit met een groot datalek: de Pandora Papers. ICIJ kreeg toegang tot 11,9 miljoen vertrouwelijke documenten over offshoreconstructies.
Het deelde die met een team van meer dan 600 journalisten en 150 media wereldwijd.
De gelekte gegevens zijn afkomstig van 14 zogenaamde offshoreproviders, financiële dienstverleners en advocatenbureaus die postbusvennootschappen en andere offshorestructuren helpen opzetten en beheren voor klanten die hun financiële activiteiten verborgen willen houden.
In de 11,9 miljoen gelekte documenten geeft de zoekterm “België*” 33.741 resultaten. Met hier en daar wat valse positieven -zoals de documenten met daarop ‘Boulevard de Belgique’, een straat in Monaco waar blijkbaar nogal wat offshore-eigenaars wonen. Het voorbije jaar hebben Knack, De Tijd en Le Soir al die documenten over België doorgenomen, op zoek naar informatie over offshoreconstructies van Belgen. Resultaat is een lijst met 1217 burgers en inwoners van België die gelinkt zijn aan 1215 offshorebedrijven en trusts in 28 belastingparadijzen.
Die 1217 Belgen zijn aandeelhouder, gevolmachtigde, uiteindelijk begunstigde of bestuurder van zo’n schermbedrijf. Dat is nog een pak meer dan het aantal Belgen dat we in 2016 in de Panama Papers terugvonden. Toen ging het om een lijst van 732 Belgen, die via het Panamese advocatenbureau Mossack Fonseca exotische postbusbedrijfjes hadden opgericht. Ook opmerkelijk: slechts 33 Belgen duiken op in beide leaks. Er zijn met andere woorden heel wat nieuwe namen boven water gekomen.
ICIJ zal voor het einde van dit jaar informatie uit de Pandora Papers publiek maken.
Niet alle 11,9 miljoen documenten maar wel, net als in het verleden, gestructureerde gegevens uit het lek. Informatie die je in een gewoon bedrijfsregister zou aantreffen dus.
Wat zijn eigenlijk trusts en offshores? Wanneer je je vermogen in een trust stopt, laat je het beheren door een derde. Een trust vormt dus een driehoeksrelatie: de pater familias zet hem op, steekt er zijn geld in, stelt een zogenaamde trustee aan – banken, vermogensbeheerders, advocaten – die de trust beheert volgens de wensen van de oprichter. En dat gebeurt dan voor rekening van de uiteindelijk begunstigden.
Een offshore is eenvoudig gesteld gewoon een bedrijfje opgericht in een belastingparadijs. Zo’n offshore heeft doorgaans twee kenmerken: er hoeft maar weinig belasting te worden betaald – soms helemaal geen – en de oprichters ervan kunnen makkelijk onder de radar blijven. Typisch is zo’n offshore gevestigd op een adres met honderden andere bedrijfjes, daarom spreken we ook weleens van ‘postbusvennootschappen’. En de directeurs van zo’n offshore zijn vaak stromannen, die voor honderden offshores tegelijk bestuurder spelen.
Een offshorestructuur is op zich niet illegaal. Zolang je er geen zwart geld in parkeert, je je offshore aangeeft bij de fiscus (in België verplicht sinds 2013) én hem ook ter plekke bestuurt, is er niets aan de hand. ‘Maar als je zo’n offshore volledig legaal gebruikt, dan verliest hij zijn aantrekkingskracht’, zegt Florence Angelici van de FOD Financiën. ‘Vaak worden offshores opgezet om aan belastingen te ontsnappen of om geld wit te wassen.’
Panama Papers: bijna 16 miljoen euro extra voor onze schatkist
Na de publicatie van de Panama Papers in 2016 opende de Bijzondere Belastinginspectie (BBI) in België 269 dossiers. 255 zijn inmiddels afgesloten. Dat leverde volgens de FOD Financiën 15,9 miljoen euro op aan de schatkist.
De FOD laat ook weten dat Belgische belastingplichtigen voor aanslagjaar 2020 welgeteld 2719 zogenaamde juridische constructies opgaven, meer dan het dubbele van aanslagjaar 2014. ‘Er zijn er meer en ze worden meer aangegeven mede door het ontradend effect van controles’, zegt Financiën-woordvoerder Francis Adyns. Toch blijft de vraag of alle Belgen wel hun geheime constructies in het buitenland aangeven. Want in de Panama Papers en Pandora Papers gecombineerd gaat het om minstens 2000 offshoreconstructies gelinkt aan België.
In de Pandora Papers zien we trouwens dat de offshores en trusts door Belgen gebruikt worden voor uiteenlopende doeleinden: om hun plezierjacht onder te brengen, om een huis aan te kopen, om aandelen te beheren, om een Zwitserse bankrekening aan te houden, om dure aankopen te doen, om anoniem te investeren, en ga zo maar door.
Wat is het profiel van die 1217 Belgen uit de Pandora Papers? Eerst en vooral: op de lijst staan niet enkel Belgische belastingplichtigen – met inbegrip van pakweg rijke Fransen of Nederbelgen – maar ook Belgen die zijn uitgeweken naar onder meer Monaco, Zwitserland of Luxemburg.
De jongste Belg op de lijst is een meisje van 16 jaar uit Brussel, dat de begunstigde is van een stichting, die op haar beurt drie Panamese bedrijven en een Fortis-verzekeringspolis bezit. De oudste op de lijst is een vrouw van 90 jaar uit een Antwerpse gemeente. Zij is sinds 2008 eigenaar van Piccadilly Properties Limited op de Bahamas.
Wat vooral opvalt, is dat niet enkel usual suspects – zoals vermogende families of financieel adviseurs – opduiken in de lijst. Echt iedereen in België lijkt wel een offshore te kunnen bezitten, van de slager tot de chirurg. Sectoren die eruit springen zijn IT (met tientallen Belgen), financiën, handel, consultancy, transport, industrie, horeca, geneeskunde, advocatuur… Zo vonden we in de gelekte data liefst 22 advocaten die een adres op de Brusselse Louisalaan gebruiken. Doorgaans bezitten die zelf geen offshore, maar kregen ze de volmacht om namens zo’n bedrijfje op te treden.
Tot de offshore-Belgen behoren verder onder meer de eigenaar van een kledingwinkel, iemand uit de goksector, een rapper, een veroordeelde hasjdealer, een vleesfraudeur die zijn vermogen verbergt, een voormalige voetballer uit de eerste klasse, een ex-adviseur van de Wereldgezondheidsorganisatie, leden van adellijke families, en ga zo maar door.
De meeste Belgen zijn verbonden met één offshore, maar er zijn ook uitzonderingen. Zo kan een Brusselaar gelinkt worden aan 56 schermbedrijven, allemaal beheerd met de hulp van offshoreprovider Alcogal in Panama. Hij is op zijn beurt ook een tussenpersoon die optreedt voor derden.
Ook straf: sommige Belgen ruilden na de publicatie van de Panama Papers in 2016 het kantoor Mossack Fonseca doodleuk in voor een andere offshoreprovider. Zoals een Belgische veertiger die in Monaco actief is in de sector van luxejachten: hij bracht zijn structuur op de Britse Maagdeneilanden (BVI) gewoon onder bij Alcogal in Panama. In maart 2017 ondertekende hij daarvoor de beslissing.
Belize, het verborgen belastingparadijs
In welke belastingparadijzen zijn de Belgen actief? Van 923 offshores (op een totaal van 1215) konden we de vestigingsplaats achterhalen. Populairste bestemming zijn de Britse Maagdeneilanden, gevolgd door de Seychellen, Belize, Panama en Hongkong.
Vooral Belize – met 117 offshores voor Belgen – springt daarbij in het oog, omdat het land tot nu toe niet bekend was als populaire offshorebestemming voor de Belg. Ook in de leaks van het voorbije decennium kwam Belize niet opvallend naar voren. Het Centraal-Amerikaanse land met 400.000 inwoners behoort tot het Britse Gemenebest. In 2019 stond Belize een tijdlang op de zwarte lijst van de EU, de zogenaamde lijst van niet-coöperatieve rechtsgebieden.
De meeste Belize-offshores van Belgen zijn opgericht tussen 2006 en 2016. Drie kantoren waren daarbij de cruciale schakel: CCSL, Cititrust, en SFM. De eerste twee zijn zelf gevestigd in Belize. SFM zette dan weer vanuit Dubai offshores in Belize op voor Belgen. Voor een habbekrats trouwens: een gelekt document van SFM toont hoe je voor 2010 dollar een Belize-offshore kunt kopen, inclusief oprichting, stromandirecteurs en -aandeelhouders, én een bankrekening op het Caribische eiland Saint Vincent.
De Belgen die hun bezittingen in Belize parkeerden, komen uit verschillende sectoren: de bouw, IT, financiële sector, horeca, marketing, vastgoed, engineering, farma, … Onder hen vinden we bijvoorbeeld een bestuurder van een hogeschool, een Belg met een bouwbedrijf in het buitenland, een slager uit een Vlaams-Brabants dorp, een freelance softwareontwikkelaar, de manager van een schoonmaakbedrijf, een Franstalige radiopresentator, de zaakvoerder van een reclamebureau, enzovoort.
De komende week zullen Knack, Le Soir en De Tijd ook namen noemen. Dan zal het gaan om onthullingen in het publieke belang.
Zoals al gemeld, zijn de gelekte documenten afkomstig van 14 offshoreproviders. Alcogal, Trident en SFM zijn de kantoren waar de Belgen het vaakst gingen aankloppen.
Alcogal is gevestigd in Panama en bestaat al sinds 1985. Het advocatenkantoor hielp Belgen bij de oprichting en het beheer van 370 offshores. Maar ook heel wat buitenlandse politici zijn er klant, onder wie drie Panamese presidenten, de president van Ecuador en de koning van Jordanië. Alcogal werkte ook samen met mensen betrokken in corruptieschandalen, onder meer in Latijns-Amerika en bij de FIFA.
Het tweede kantoor, Trident Trust op de BVI, hielp Belgen met 284 offshores. Trident is een van de grootste offshoreproviders ter wereld, met bijna 900 werknemers in meer dan 20 landen. Volgens vakliteratuur helpt Trident met het beheer van meer dan 35 miljard dollar aan activa.
En het derde kantoor waar Belgen vaak aankloppen, is SFM Corporate Services in Dubai, gelinkt aan 209 offshores voor onze landgenoten. In 2010 adverteerde SFM op zijn website nog dat het klanten bedient die ‘belastingen willen minimaliseren, activa beschermen en aansprakelijkheden beperken’. Meer recent biedt het kantoor zijn diensten aan als bescherming tegen financiële risico’s gelinkt aan het coronavirus. ‘We herinneren ons allemaal dat ouderen ons vertelden om altijd een deel van ons vermogen in een veilige haven te bewaren’, klinkt het op de website van het bedrijf. ‘Zij wisten dat regeringen of economische neergang vermogen in een oogwenk kunnen doen verdwijnen en dat wanhoop het enige zou zijn waar we mee blijven zitten.’
‘De Kaaimantaks hakt er wel in’
Heeft het eigenlijk allemaal wel zin, al die gelekte documenten en talloze artikels over belastingparadijzen? Het is een vraag die we vaak krijgen. Professor Luc De Broe is hoogleraar internationaal fiscaal recht aan de KU Leuven en werkt ook bij advocatenbureau Deloitte Legal. Volgens De Broe zie je de impact van de Panama Papers op drie manieren:
‘Ten eerste is de internationale uitwisseling van inlichtingen – fiscale informatie en bankgegevens – nu op volle snelheid gekomen. Landen die daar niet aan meedoen, worden afgestraft. En dat heeft ook gevolgen voor bedrijven hier. In het regeerakkoord staat bijvoorbeeld dat wie betalingen doet aan landen die niet compliant zijn met de OESO-standaard, die betalingen moet rapporteren aan de fiscus. Of denk aan de fiscale voordelen in verband met covid-19, die geweigerd worden aan bedrijven die banden onderhouden met landen die op de zwarte lijst van de OESO staan.
‘Ten tweede heb je de Kaaimantaks en die hakt er wel in. Een Belgische begunstigde of oprichter van een offshorestructuur die onder de Kaaimantaks valt, móét die structuur aangeven. De Belgische fiscus kijkt er vervolgens dwars doorheen en belast de inkomsten alsof het gaat om Belgische inkomsten: dividenden en interesten worden belast tegen 30 procent.
‘De derde evolutie is nu volop bezig op het niveau van de multinationals: de wereldwijde invoering van een globale minimumbelasting. Het plan is dat een multinational overal ter wereld minstens 15 procent vennootschapsbelasting moet betalen.
Als dat tegen eind oktober door de OESO wordt goedgekeurd, is dat een zeer grote stap vooruit.’ Bron: De Tijd