Nu al meer dan dubbel zoveel openstaande onderwijsvacatures als 5 jaar geleden.

Opnieuw trekt het onderwijs aan de alarmbel over het tekort aan leerkrachten. Maar hoe problematisch is de situatie? We bundelen hier enkele cijfers en prognoses die het huidige plaatje op de arbeidsmarkt voor het onderwijs schetsen.

Al jaren is er sprake van een tekort aan leerkrachten, maar het is notoir moeilijk om dat in concrete cijfers te gieten. Vanochtend schatte GO!-topman Koen Pelleriaux het tekort voor zijn onderwijskoepel op zo’n 2.000 voltijdse equivalenten. Hij haalt die cijfers uit een bevraging van alle GO!-scholen.

“Als je dat extrapoleert naar het volledige onderwijs kom je uit op 10.000 voltijdse leerkrachten die we tekort hebben”, klonk het. Dat is niet min op een totaal aantal van – volgens de officiële cijfers van vorig schooljaar – ruim 140.000 voltijdse equivalenten in het Vlaamse basis- en secundair onderwijs. 

Massa’s vacatures

De vacaturecijfers van de Vlaamse arbeidsbemiddelingsdienst VDAB bevestigen alvast dat het probleem de voorbije jaar nijpender is geworden. Waar het aantal openstaande betrekkingen in het onderwijs in 2017 nog elke maand ruimschoots onder de 2.000 bleef, zit dat nu al een jaar boven de 3.000 en vaak zelfs boven de 4.000. Dat is meer dan een verdubbeling in 5 jaar tijd. Vooral sinds het einde van vorig schooljaar heeft de grafiek een enorme sprong gemaakt:

Die vacaturecijfers zijn natuurlijk slechts één indicator voor het lerarentekort. Onder de waterlijn staan die voor een ruime variatie aan types onderwijsjobs, gaande van tijdelijke en deeltijdse jobs tot vaste, voltijdse posities en dat voor tal van verschillende types diploma’s. Om maar te zeggen dat vraag en aanbod niet altijd goed overeenkomen bij die vele onderwijsvacatures. Regionaal zijn er bovendien ook grote verschillen in de vraag: de meeste openstaande vacatures zijn er momenteel in Oost-Vlaanderen, Antwerpen en Brussel:

Het aantal niet-ingevulde vacatures blijft bovengemiddeld hoog. Zo heeft bijvoorbeeld nog altijd maar 1 op de 4 Brusselse katholieke basisscholen een volledig personeelsteam, liet de topman van Katholiek Onderwijs Brussel Piet Ketele vanochtend nog weten.

Pittige prognoses

En ook de prognoses van de Vlaamse overheid over de nood aan leerkrachten (de meest recente dateren van 3 jaar geleden) zijn pittig te noemen. Het gaat hier voor de duidelijkheid enkel over een inschatting van de vraag naar nieuwe mensen, niet om feitelijke tekorten. Tegen 2024-2025 zouden er volgens die berekeningen in totaal tussen de 7.000 en de 8.000 extra voltijdse equivalenten per jaar nodig zijn in het Vlaamse onderwijs. Het is maar zeer de vraag of de uitstroom van de verschillende lerarenopleidingen groot genoeg is om die noden te lenigen.

De noden verschillen wel tussen de verschillende types onderwijs. In het kleuteronderwijs blijft die vraag naar leerkrachten normaal gezien stijgen tot 2024-2025, tot ruim 1.500 aan te werven voltijdse equivalenten per jaar. Dat is meer dan dubbel zoveel als 5 jaar geleden. Pas nadien daalt de vraag weer wat.

Het is maar zeer de vraag of de uitstroom van de verschillende lerarenopleidingen groot genoeg is om de toekomstige noden te lenigen

In het lager onderwijs ligt de echte piek nog in het verschiet: vanaf 2025 stijgt de vraag fors en tegen 2026 gaat die al vlot boven de 2.000 voltijdse equivalenten per jaar. De voorbije jaren lag dat cijfer jaarlijks tussen de 1.500 en 2.000.

In het secundair onderwijs zien ze momenteel een grote stijging van het aantal leerlingen. Daardoor wordt er voor komend schooljaar een aanwervingbehoefte van ruim 4.700 voltijdse equivalenten voorspeld. Dat is de helft meer dan 5 jaar eerder (schooljaar 2017-2018). Pas vanaf 2025 zou de vraag in het secundair onderwijs weer afnemen.