De torenhoge inflatie heeft een enorme impact op de lonen. Door de automatische indexering lopen de loonkosten fors op voor de bedrijven.
De afgelopen 10-15 jaar kwam de gemiddelde indexering in ons land uit op minder dan 2 procent per jaar. Volgens de prognoses zou dit cijfer tegen juli 2023 kunnen oplopen tot 12 procent.
De automatische indexering van de ambtenaarslonen en uitkeringen in België is bijna uniek in Europa. Alleen Luxemburg en Malta maken gebruik van dezelfde procedure. Ook de lonen in de privésector worden automatisch aangepast aan de toegenomen levensduurte.
Dit beschermt uiteraard de koopkracht van de Belgische consumenten.
“Voor een aantal sectoren, zoals hotels en restaurants of (werknemers in de voedselproductie), zal er begin volgend jaar een stijging zijn van meer dan 8 procent, bovenop de stijging van (ten minste) 3 procent dit jaar. Andere sectoren krijgen te maken met meervoudige (en snellere) indexeringen, zoals bouwvakkers, voor wie de stijgingen bij elkaar opgeteld ook meer dan 8 procent zouden bedragen voor 2022 (8,12 procent); en nog eens 3,63 procent als we vooruitkijken naar 1 juli 2023.
De werkgevers maken zich dus zorgen over wat de impact daarvan zal zijn op hun concurrentievermogen. Daarnaast wordt er ook gewaarschuwd voor een zogenaamde loon-prijsspiraal, waarbij de stijgende lonen de inflatie verder aanwakkeren. Vorige week hebben het VBO en Voka opnieuw gepleit voor een indexsprong. De socialisten en de groenen antwoordden dat daar geen sprake van kan zijn.
Automatische indexering en inflatie.
De automatische indexering is gebaseerd op de spilindex. Als die wordt overschreden, worden de lonen aangepast. Deze afgevlakte gezondheidsindex is de gemiddelde waarde van de gezondheidsindexen van de vier jongste maanden, waaruit alcohol, tabak, benzine en diesel zijn verwijderd. Telkens wanneer de spilindex wordt overschreden, worden de ambtenaarslonen en uitkeringen automatisch met 2 procent geïndexeerd.
Het Belgische inflatiecijfer is bijzonder hoog in vergelijking met de rest van Europa. Voor de maand maart bedroeg de inflatie 8,31 procent, het hoogste niveau in bijna 40 jaar.
De loonindexering in de privésector is afhankelijk van de afspraken gemaakt binnen de CAO waar je onderneminig deel van uitmaakt.
Elk jaar wordt er tussen de sociale partners onderhandeld over interprofessionele akkoorden. Maar de zogenaamde wet van 1996 beperkt de loonstijgingen tot een marge van 0,4 procent (exclusief de automatische indexering van 2 procent). De vakbonden willen een einde maken aan deze wet, die volgens hen hun manoeuvreerruimte inperkt. Ook zij oefenen momenteel druk uit op de regering. De automatische indexering en de garantie daarvoor – de wet van 1996 – zullen in de komende maanden en jaren zeker een politiek strijdtoneel zijn.
De loonindexering is een gevolg van de hoge inflatie. Daardoor wordt de spilindex veel sneller dan normaal overschreden. Bij een overschrijding van de spilindex worden de sociale uitkeringen en de ambtenarenweddes opgetrokken.
Ook in februari en in april werden de ambtenarenweddes al verhoogd. En er zit mogelijk nog een vierde loonindexering in dit jaar, want het Planbureau verwacht dat de spilindex in oktober weer overschreden zal worden. Dat zou betekenen dat de uitkeringen in november en de weddes van het overheidspersoneel in december opnieuw omhooggaan.
Ook lonen in de privé geïndexeerd
Bij vijftien verschillende paritaire comités wordt op 1 juni een indexatie van de lonen toegepast. Bij arbeiders uit de petroleumnijverheid en -handel (PC 117) wordt het basisuurloon verhoogd. Bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren (PC 202) krijgen één procent meer loon in juni. Dertien andere paritaire comités, waaronder de audiovisuele sector en verschillende delen van de zorgsector, kunnen rekenen op twee procent extra loon.
Onder welk paritair comité je valt, is af te leiden uit je loonbrief. In onderstaande tabel staan alle PC’s opgelijst die op een indexering kunnen rekenen deze maand.
Indexering lonen juni 2022
Niet alleen ambtenarenlonen stijgen in juni, dat is ook het geval voor werknemers van vijftien paritaire comités
Paritair comité Beschrijving ▼ Loonaanpassing
331 Vlaamse welzijns- en gezondheidssectoren – Kinderopvang & geestelijke gezondheidszorg 2%
329 Socioculturele sector 2%
117 Petroleumnijverheid en -handel 116,92 (percentage toe te passen op basisuurloon)
319 Opvoedings- en huisvestigingsinrichtingen en -diensten 2%
339 Maatschappijen voor sociale huisvestiging 2%
330 Inrichtingen tandprothesen 2%
315 Handelsluchtvaart 2%
311 Grote kleinhandelszaken 2%
322 Dienstenchequessector 2%
318 Diensten voor gezins- en bejaardenhulp 2%
225 Bedienden van het gesubsidieerd vrij onderwijs 2%
202 Bedienden uit de kleinhandel in voedingswaren 1%
227 Audiovisuele sector 2%
313 Apotheken en tarificatiediensten 2%
337 Aanvullend paritair comité voor de non-profitsector 2%