Onlangs konden we in een commentaarstuk in La Libre Belgique lezen dat de situatie bij Delhaize te wijten zou zijn aan zowel de houding van de directie maar ook aan die van de vakbonden die het werk in deze extreem concurrentiële tijden veel te rigide blijven organiseren. Het is ongetwijfeld door een gebrekkige kennis van het dossier dat de redacteur dit soort commentaar neerpent.
De vakbonden vragen al jaren om een sectoraal debat te houden over de toekomst van de handel aangezien de situatie op het terrein elke dag complexer en moeilijker wordt. Ondanks onze herhaalde vragen kregen we van Comeos (de werkgeversfederatie van de handelssector) als reactie niets anders dan minachting. De werkgevers keken gewoon toe toen de coronacrisis toesloeg, toen het zondagswerk zich uitbreidde, toen de e-commerce een meer dan grote plaats innam in België, … Ze keken toe zonder ooit te willen onderhandelen.
Toen de vakbonden vroegen om de paritaire comités te harmoniseren zodat beter kan worden ingespeeld op de onmiskenbare evolutie van de handelssector, kregen ze ook daar nul op het rekest van de werkgeversfederaties.
Vandaag dergelijke onjuiste informatie in de media verspreiden (nl. dat de vakbonden en de directie van Delhaize allebei verantwoordelijk zouden zijn) berokkent heel wat schade.
Wie de handelssector kent, weet ook dat er in elke winkelketen al jaren cao’s over flexibiliteit en polyvalentie worden ondertekend. Bij Delhaize misschien zelfs nog méér dan elders. In 2019 heeft de BBTK daar als enige een cao ondertekend over de zogenaamde ASO. Die cao voerde zowel flexibiliteit als meer polyvalentie in. Om tot een evenwicht te komen, werd toen afgesproken dat in ruil voor die flexibiliteit en polyvalentie een verhoging van de contracten mogelijk was. Een werknemer die flexibel en polyvalent wou werken, zou zo een voltijds contract aangeboden kunnen krijgen, een kostbaar goed dat in de handelssector nog te vaak een utopie blijft.
Kleine anekdote: die cao bevatte ook een garantie van niet-franchisering tot eind december 2024. Het is net die cao die de directie zelf een paar weken geleden – net vóór de aankondiging van de franchisering van de 128 winkels – heeft opgezegd. Van toeval gesproken… Misschien valt het verband tussen de opzegging van die cao en de aankondiging van 7 maart nu beter te begrijpen. De cao moest eerst worden opgezegd om van de garantie van niet-franchisering tot 2024 af te geraken. Dan konden alle winkels simpel van de hand worden gedaan.
Als we dan ‘s morgens vroeg in de krant moeten lezen dat de vakbonden geen oplossingen willen vinden in de winkelketens, dan is dat hetzelfde als lezen dat we de gefranchiseerden systematisch diaboliseren. Elke nuance ontbreekt. De vele onderhandelingen in de grootdistributie zijn een werk van lange adem dat we al jaren moedig verrichten. De vakbonden hebben ook geen enkele vat op de nieuwe spelers die de Belgische handelssector overspoelen en die de arbeidsvoorwaarden voortdurend naar beneden trekken. Het is een verantwoordelijkheid van de politiek om niet almaar meer nieuwe fysieke winkels op ons grondgebied toe te laten en het is ook een verantwoordelijkheid van de werkgevers om binnen de paritaire comités een sociale dialoog op te starten zodat kan worden nagegaan hoe sociale dumping binnen België vermeden kan worden. In het dossier van Delhaize organiseert de directie binnen België deels sociale dumping met haar gefranchiseerden en ook met de komst van de Albert Heijn-winkels naar ons land.
Na 2 weken van intense strijd raken dergelijke onwaarheden over een gedeelde verantwoordelijkheid kant noch wal. Delhaize is een internationale groep – niet eens in België gevestigd – die een bepaalde rendabiliteit oplegt die ons land in de hyperconcurrentiële Belgische context niet kan halen.
Als vakbond roepen wij de directie op om terug te keren naar de onderhandelingstafel en zich als een echte commerciële ondernemer te gedragen. Als Delhaize ervoor kiest om beslissingen te nemen, dan moeten ze daarvoor hun verantwoordelijkheid nemen, net als voor hun sociaal passief, en moeten ze een duurzame toekomst waarborgen voor alle werknemers. Teruggrijpen naar asociale kunstgrepen en fraude tegen de wet, zoals Delhaize nu duidelijk aan het doen is, is zeker niet de oplossing.
Sinds de aankondiging blijft Delhaize in zijn communicatie maar olie op het vuur gieten. Deze houding zaait onrust en zou in de huidige gespannen context zelfs tot erger kunnen leiden, terwijl het debat sereen zou moeten kunnen worden gevoerd. Dat is alvast wat de vakbonden willen. Een directie die een angstklimaat creëert draagt niets positiefs bij.
Bron: De Wereld Morgen