Weten onze politici nog wat de rol van de overheid is en tot waar hun verantwoordelijkheid gaat? Kan, moet of mag de overheid een rol spelen in de transformatie van de economie? Wat wordt beter over-gelaten aan de dynamiek van de markt? En welke principes van goed bestuur moeten ons daarbij leiden?
De combinatie van instituties, regels, normen en structuren van een land maken samen het maatschappelijke model uit. De overheid vormt daar een belangrijk onderdeel van, maar absoluut niet het enige. Nu maatschappelijke en technologische evoluties de grens tussen overheid en markt doen verschuiven, is de uitdaging meer dan ooit om een nieuw evenwicht te vinden, weg van het staatskapitalisme en het marktfundamentalisme, naar complementaire rollen voor de overheid en de markt.
Ivan Van de Cloot gaat op zoek naar de kenmerken van een dynamische maatschappij, die niet in de eerste plaats in dienst staat van gevestigde belangen, maar wel een continue vernieuwing van het economisch weefsel faciliteert. Het is belangrijk voldoende ruimte te laten voor de civiele maatschappij die de vitaliteit bevat om als cement voor het sociale weefsel te functioneren, en waarbij ook genoeg beroep gedaan kan worden op gemeenschapswerking en de eigen verantwoordelijkheid.
De auteur houdt een pleidooi voor een overheid die opereert vanuit een vertrouwen in de eigen burgers en ondernemingen, en die zich focust op de waardevolle taken die de markt of het private initiatief niet realiseren. Die overheid moet performant zijn in haar werking en haar verantwoordelijkheid systemisch verknopen met rekenschap.
Markten kunnen falen, net zoals overheden dat kunnen. Een land kan zich met goed bestuur, zowel binnen de overheid als de markt, echter onderscheiden. Het is dus in het belang van onze algemene welvaart om het beste van beide werelden te maken.