In 1937-1940 schreef de Russische revolutionair Leon Trotski enkele brieven over de ‘Joodse kwestie’. Dit was op een ogenblik dat het nazisme volop bezig was met de vervolging van Joden. Antisemitisme was alomtegenwoordig, ook in de ‘democratische’ landen. In de Sovjet-unie onder het stalinisme werd steeds openlijker gebruik gemaakt van antisemitisme. Trotski ging daar tegen in.

Marxists.org bracht vier korte artikels en uittreksels samen. Eerst een antwoord van Trotski op vragen van correspondenten van een Joodse krant bij zijn aankomst in Mexico. Daarna een uittreksel uit het artikel ‘Thermidor en antisemitisme’ uit 1937. De derde tekst is een brief van Trotski gericht aan Joden die bedreigd werden door de toenemende golf van antisemitisme en fascisme in de VS. Tot slot een opmerking uit de archieven van Trotski.

Doorheen deze teksten maakt Trotski duidelijk dat het antwoord op antisemitisme moet komen van volledige systeemverandering. Hij stelde dat een afzonderlijke stad voor de Joodse bevolking, zoals het project-Birobidzjan in de Sovjet-Unie, een illusie was. Dit bleek ook uit het gebrek aan succes voor dat experiment: tegen 1939 woonden er slechts 18.000 Joden in de stad. Na de oorlog was er een beperkte migratie, maar tegelijk werd de bevordering van de Joodse cultuur in het gebied gestopt. Een massale migratie naar Palestina zou volgens Trotski leiden tot een “bloedige val.”

Een meer uitgewerkte marxistische analyse van het antisemitisme en de strijd ertegen is te vinden in het boek ‘Hoe het jodendom de geschiedenis kon overleven’ door Abram Leon, een Belgische trotskist die brak met zijn links-zionistische verleden op basis van een uitgebreide studie van het jodendom. Na de dood van Abram Leon in een concentratiekamp is die studie in boekvorm gepubliceerd, een tiental jaar geleden voor het eerst in het Nederlands.

I. Antwoorden aan een Joodse journalist

Voordat ik uw vragen probeer te beantwoorden, moet ik u waarschuwen dat ik helaas niet de gelegenheid heb gehad om de Joodse taal te leren, die bovendien pas is ontwikkeld sinds ik volwassen ben. Ik had en heb niet de mogelijkheid om de Joodse pers te volgen, waardoor ik geen precieze mening kan geven over de verschillende aspecten van deze belangrijke en tragische kwestie. Ik kan daarom geen aanspraak maken op enige speciale autoriteit bij het beantwoorden van uw vragen. Toch zal ik proberen te zeggen hoe ik erover denk.

In mijn jeugd neigde ik eerder naar de prognose dat de Joden in verschillende landen zouden worden geassimileerd en dat het Joodse vraagstuk zo op een quasi-automatische manier zou verdwijnen. De historische ontwikkeling van de laatste kwart eeuw heeft dit perspectief niet bevestigd. Het aftakelende kapitalisme is overal omgeslagen in een verscherpt nationalisme, waarvan antisemitisme een onderdeel is. De Joodse kwestie is het grootst in het meest ontwikkelde kapitalistische land van Europa, in Duitsland.

Aan de andere kant hebben de Joden in verschillende landen hun pers gecreëerd en de Jiddische taal ontwikkeld als een instrument dat is aangepast aan de moderne cultuur. Men moet dus rekening houden met het feit dat de Joodse natie zichzelf nog een heel tijdperk in stand zal houden. Nu kan de natie normaal gesproken niet bestaan zonder een gemeenschappelijk grondgebied. Het zionisme komt voort uit dit idee. Maar de feiten van elke dag tonen aan dat het zionisme niet in staat is om het Joodse vraagstuk op te lossen. Het conflict tussen de Joden en de Arabieren in Palestina krijgt een steeds tragischer en dreigender karakter. Ik geloof helemaal niet dat het Joodse vraagstuk kan worden opgelost binnen het kader van het rottende kapitalisme en onder controle van het Britse imperialisme.

En hoe, vraagt u mij, kan het socialisme deze kwestie oplossen? Op dit punt kan ik alleen maar hypotheses geven. Zodra het socialisme meester is geworden van onze planeet of tenminste van de belangrijkste delen ervan, zal het op alle gebieden over onvoorstelbare middelen beschikken. De menselijke geschiedenis is getuige geweest van een tijdperk van grote migraties op basis van barbarij. Socialisme zal de mogelijkheid openen van grote migraties op basis van de meest ontwikkelde techniek en cultuur. Het spreekt voor zich dat het hier niet gaat om gedwongen verhuizingen, dat wil zeggen het creëren van nieuwe getto’s voor bepaalde nationaliteiten, maar om verhuizingen waar bepaalde nationaliteiten of delen van nationaliteiten vrijwillig mee instemmen, of beter gezegd om vragen. De versnipperde Joden die in dezelfde gemeenschap zouden willen worden herenigd, zullen een voldoende uitgestrekte en rijke plek onder de zon vinden. Dezelfde mogelijkheid zal worden geopend voor de Arabieren, net als voor alle andere verspreide naties. Nationale topografie zal een onderdeel worden van de planeconomie. Dit is het grote historische perspectief dat ik voor ogen heb. Werken aan internationaal socialisme betekent ook werken aan de oplossing van het Joodse vraagstuk.

U vraagt mij of de Joodse kwestie nog steeds bestaat in de USSR. Ja, die bestaat, net zoals de Oekraïense, Georgische en zelfs Russische kwesties daar bestaan. De almachtige bureaucratie verstikt de ontwikkeling van de nationale cultuur net zoals ze de hele cultuur verstikt. Erger nog, het land van de grote proletarische revolutie gaat nu door een periode van diepe reactie. Terwijl de revolutionaire golf de fijnste gevoelens van menselijke solidariteit deed herleven, heeft de Thermidoriaanse reactie alles wat laag, duister en achterlijk is in deze agglomeratie van 170 miljoen mensen aangewakkerd. Om haar overheersing te versterken, aarzelt de bureaucratie zelfs niet om op een nauwelijks gecamoufleerde manier haar toevlucht te nemen tot chauvinistische tendensen, bovenal antisemitische. Het laatste proces in Moskou, bijvoorbeeld, werd in scène gezet met de nauwelijks verholen bedoeling om internationalisten voor te stellen als trouweloze en wetteloze Joden die in staat zijn zichzelf te verkopen aan de Duitse Gestapo.

Sinds 1925 en vooral sinds 1926 gaat antisemitische demagogie, goed gecamoufleerd maar onaanvechtbaar, hand in hand met symbolische processen tegen openlijke pogromisten. U vraagt mij of de oude joodse kleinburgerij in de USSR sociaal geassimileerd is door het nieuwe sovjetmilieu. Ik kan u inderdaad geen duidelijk antwoord geven. De sociale en nationale statistieken in de USSR zijn uiterst tendentieus. Ze dienen niet om de waarheid weer te geven, maar vooral om de leiders, de opperhoofden, de ‘scheppers van geluk’ te verheerlijken. Een belangrijk deel van de Joodse kleinburgerij is opgenomen in de formidabele apparaten van de staat, de industrie, de handel, de coöperaties, enzovoort, vooral in hun onderste en middelste lagen. Dit feit veroorzaakt een antisemitisch gevoel en de leiders manipuleren het met een sluwe vaardigheid om het bestaande ongenoegen tegen de bureaucratie te kanaliseren en vooral tegen de Joden te richten.

Over Birobidjan kan ik je niet meer geven dan mijn persoonlijke evaluaties. Ik ben niet bekend met deze regio en nog minder met de omstandigheden waarin de Joden zich daar hebben gevestigd. In ieder geval kan het niet meer zijn dan een zeer beperkte ervaring. De USSR alleen zou nog steeds te arm zijn om haar eigen Joodse kwestie op te lossen, zelfs onder een regime dat veel socialistischer is dan het huidige. Nogmaals, de Joodse kwestie is onlosmakelijk verbonden met de volledige emancipatie van de mensheid. Al het andere dat op dit gebied wordt gedaan, kan slechts een lapmiddel zijn en vaak zelfs een tweesnijdend mes, zoals het voorbeeld van Palestina laat zien.

18 januari 1937

II. Antisemitisme en stalinisme

Sommige would-be ‘commentatoren’ hebben mij ervan beschuldigd dat ik ‘plotseling’ de ‘Joodse kwestie’ aan de orde stel en dat ik van plan ben een soort getto voor de Joden te creëren. Ik kan alleen maar meewarig mijn schouders ophalen. Ik heb mijn hele leven buiten Joodse kringen geleefd. Ik heb altijd in de Russische arbeidersbeweging gewerkt. Mijn moedertaal is Russisch. Helaas heb ik niet eens Joods leren lezen. De Joodse kwestie heeft daarom nooit in het middelpunt van mijn belangstelling gestaan.

Maar dat betekent niet dat ik het recht heb om blind te zijn voor het Joodse probleem dat bestaat en om een oplossing vraagt. De ‘vrienden van de USSR’ zijn tevreden met de oprichting van Birobidjan. Ik zal hier niet blijven stilstaan bij de vraag of het opgericht was op een gezonde fundering en wat voor soort regime daar bestond (Birobidjan kan niet anders dan alle ondeugden van bureaucratisch despotisme weerspiegelen). Maar geen enkel progressief denkend individu zal er bezwaar tegen hebben dat de USSR een speciaal gebied aanwijst voor die burgers die zich Joden voelen, die de Joodse taal gebruiken in plaats van alle andere talen en die als een compacte massa willen leven.

Is dit een getto of niet? In de tijd van de Sovjet-democratie, van volledig vrijwillige migratie, kon er geen sprake zijn van getto’s. Maar de Joodse kwestie en de manier waarop Joden zich vestigden, heeft een internationaal aspect. Hebben we niet gelijk als we zeggen dat een socialistische wereldfederatie de oprichting van een Birobidjan mogelijk moet maken voor die Joden die hun eigen autonome republiek willen hebben als arena voor hun eigen cultuur?

Men mag aannemen dat een socialistische democratie geen toevlucht zal nemen tot verplichte assimilatie. Het is heel goed mogelijk dat binnen twee of drie generaties de grenzen van een onafhankelijke Joodse republiek, net als van veel andere nationale gebieden, zullen worden uitgewist. Ik heb noch tijd noch zin om hierover na te denken. Onze nakomelingen zullen beter dan wij weten wat ze moeten doen. Ik denk aan een historische overgangsperiode waarin het Joodse ‘vraagstuk’ als zodanig nog steeds acuut is en adequate maatregelen vereist van een wereldfederatie van arbeidersstaten.

Dezelfde methoden om het Joodse vraagstuk op te lossen die onder het verval van het kapitalisme een utopisch en reactionair karakter zullen hebben (zionisme), zullen onder het regime van een socialistische federatie een werkelijke en heilzame betekenis krijgen. Dit is waar ik op wil wijzen. Hoe zou een marxist of zelfs maar een consequente democraat hier bezwaar tegen kunnen maken?

1937

III. Opgang van antisemitisme

Pastoor Coughlin, die blijkbaar probeert aan te tonen dat de absolute idealistische moraal de mens er niet van weerhoudt de grootste deugniet te zijn, heeft over de radio verklaard dat ik in het verleden enorme sommen geld voor de revolutie heb ontvangen van de Joodse burgerij in de Verenigde Staten. Ik heb al in de pers geantwoord dat dit niet waar is. Ik heb zulk geld niet ontvangen, natuurlijk niet omdat ik financiële steun voor de revolutie zou hebben geweigerd, maar omdat de Joodse burgerij deze steun niet heeft aangeboden. De Joodse burgerij blijft trouw aan het principe om niets te geven, zelfs nu het om haar eigen leven gaat. Verstikt in zijn eigen tegenstrijdigheden, richt het kapitalisme woedende klappen op de Joden, en bovendien valt een deel van deze klappen op de Joodse burgerij, ondanks al haar diensten aan het kapitalisme in het verleden. Maatregelen van liefdadige aard voor vluchtelingen worden steeds minder effectief in vergelijking met de gigantische omvang van het kwaad dat het Joodse volk teistert.

Nu is het de beurt aan Frankrijk. De overwinning van het fascisme in dit land zou een enorme versterking van de reactie betekenen en een monsterlijke groei van gewelddadig antisemitisme in de hele wereld, vooral in de Verenigde Staten. Het aantal landen dat Joden uitwijst, groeit onophoudelijk. Het aantal landen dat in staat is hen op te nemen neemt af. Tegelijkertijd verhevigt de strijd zich. Men kan zich zonder moeite voorstellen wat de Joden te wachten staat bij het uitbreken van de toekomstige wereldoorlog. Maar zelfs zonder oorlog betekent de volgende ontwikkeling van de wereldreactie met zekerheid de fysieke uitroeiing van de Joden.

Palestina lijkt een tragische luchtspiegeling, Birobidjan een bureaucratische farce. Het Kremlin weigert vluchtelingen op te nemen. De ‘antifascistische’ congressen van oude dames en jonge carrièremakers hebben niet het minste belang. Nu meer dan ooit is het lot van het Joodse volk – niet alleen hun politieke maar ook hun fysieke lot – onverbrekelijk verbonden met de emancipatiestrijd van het internationale proletariaat. Alleen moedige mobilisatie van de arbeiders tegen de reactie, de oprichting van arbeidersmilities, direct fysiek verzet tegen de fascistische bendes, toenemend zelfvertrouwen, activiteit en moed van alle onderdrukten kunnen een verandering in de krachtsverhouding teweegbrengen, de wereldgolf van fascisme stoppen en een nieuw hoofdstuk in de geschiedenis van de mensheid openen.

De Vierde Internationale was de eerste die het gevaar van het fascisme verkondigde en de weg naar verlossing aangaf. De Vierde Internationale roept de Joodse volksmassa’s op zichzelf niet voor de gek te houden, maar de dreigende werkelijkheid openlijk onder ogen te zien. Verlossing ligt alleen in revolutionaire strijd. De ‘zenuw’ van de revolutionaire strijd, zoals van oorlog, zijn fondsen. Op de progressieve en scherpzinnige elementen van het Joodse volk rust de verplichting om de revolutionaire voorhoede te hulp te komen. De tijd dringt. Een dag staat nu gelijk aan een maand of zelfs een jaar. Handel en doe het snel!

22 december 1938

IV. Bloedige val

De poging om het Joodse vraagstuk op te lossen door de migratie van Joden naar Palestina kan nu worden gezien voor wat het is, een tragische bespotting van het Joodse volk. Geïnteresseerd in het winnen van de sympathie van de Arabieren, die talrijker zijn dan de Joden, heeft de Britse regering haar beleid ten opzichte van de Joden drastisch gewijzigd en zelfs afstand gedaan van haar belofte om hen te helpen hun ‘eigen thuis’ te vinden in een vreemd land. De toekomstige ontwikkeling van militaire gebeurtenissen zou Palestina wel eens kunnen veranderen in een bloedige val voor enkele honderdduizenden Joden. Nooit was het zo duidelijk als vandaag dat de redding van het Joodse volk onlosmakelijk verbonden is met de omverwerping van het kapitalistische systeem.

Juli 1940

Bron: socialisme.be