Het Vlaams Onderwijs duwt jonge leerkrachten naar de uitgang. Honderden leerkrachten kregen dit schooljaar al te horen dat ze hun job verliezen omdat ze plaats moeten maken voor een vastbenoemde collega uit een andere school. Directeurs luiden de alarmbel. ‘Dit is falend onderwijsbeleid.’   Een leerkracht die 32 jaar het vak bouw gaf, moet plots met drones vliegen in de eerste graad STEM. Een beheerder van een internaat wordt gedwongen om na 30 jaar opnieuw kleuteronderwijzer te worden. Een leerkracht LO uit het aso komt plots voor jongeren met een hechtingsproblematiek in het buitengewoon onderwijs te staan. Een seksuologe moet ineens het vak medische pedicure geven. Meer dan honderd directeurs trekken in een open brief aan de alarmbel. De maat is vol, vinden ze. Er zijn te veel zulke hallucinante verhalen in het onderwijs.   Wat loopt er precies mis? Vast­benoemde leerkrachten die bij de start van het schooljaar niet (volledig) in de personeelspuzzel passen, krijgen sinds jaar en dag een andere opdracht toegewezen. In eerste instantie gebeurt dat door hun scholengemeenschap. Lukte dat niet, dan mocht de school de voorbije jaren de extra uren van die leerkracht vrij besteden. Sinds 1 september is dat niet meer zo. Een Vlaamse reaffectatiecommisie kan sindsdien opdrachten toewijzen. Tot 60 kilometer van de school en niet noodzakelijk met dezelfde inhoud.   ‘Dit is een kwestie van goed huisvaderschap’, oordeelt minister van Onderwijs Ben Weyts (N-VA). ‘Personeelsleden die voltijds betaald worden, worden ook voltijds aan het werk gezet.’ Hoe eenvoudig dat principe ook klinkt, de uitwerking laat te wensen over. ‘Zowel voor het personeelslid, de school, kinderen, ouders en directeur is dit vaak een drama’, zegt Peter Pollefoort, directeur van het IMB in Brugge. Vorige week kreeg hij een aangetekende brief. Hij zou een praktijkleerkracht krijgen om het theoretische pakket in de opleiding verzorging te geven. ‘We moeten daardoor een jonge master ­psychologie wegduwen.’   De situatie wekt veel ergernis op. ‘Hoe moeten wij jonge mensen motiveren voor het onderwijs? Wat zijn onze inspanningen voor starters waard, als op 5 december, na 13 weken in het schooljaar, een personeelslid haar opdracht kan verliezen en als een schaakpion verschoven wordt?’ Ook voor de gereaffecteerde leerkracht is het vaak geen pretje. ‘Sommigen moeten plots op drie scholen gaan lesgeven, versnipperd en telkens op 40 kilometer van elkaar’, zegt Pollefoort.   ‘Het is een slag in ons gezicht’, zegt Arnold Callay, directeur van het PTS in Boom. Eind oktober kreeg hij een brief: hij kreeg een gereaffecteerde leerkracht in dienst. ‘Dan moet je aan een jonge, creatieve 23-jarige leerkracht zeggen dat hij niet langer welkom is.’ Kafkaiaanse toestanden, noemt de directeur het. ‘Ik heb een halfjaar gezocht naar dit profiel. Je probeert als school een moderne, nieuwe STEM-richting op te zetten. En dan krijg je iemand geboren in 1961 met 30 jaar ervaring in de bouwrichting. Ondanks alle goede wil van die persoon, is dat de meest slechte match. Dat is een domper.’   De minister liet eerder weten dat de heropening van de Vlaamse ­reaffectatiecommissie (ze is niet nieuw) het lerarentekort moet helpen aan te pakken, ‘door zo veel mogelijk leraren voor de klas te krijgen’. Het moet een win-win worden, want de minister wil zo ook 12 miljoen euro besparen, blijkt uit de meerjarenraming.   De honderd directeurs zijn allesbehalve overtuigd. ‘Dit is nefast voor onze werking’, zegt Annelore Delbecque van de Brugse school Element. Ze kreeg de voorbije maand twee gereaffecteerde leerkrachten op de school. ‘Er is zelfs geen sollicitatiegesprek. We moeten gewoon plaats maken.’ Het personeelsverloop is een ramp voor haar leerlingen in het buitengewoon onderwijs. Pollefoort is nog scherper. ‘Dit is falend onderwijsbeleid.’ Vooral jonge – en vaak technische – profielen worden zo uit het onderwijs geduwd. Want wie er een vastbenoemde leerkracht bij krijgt, moet anderen laten gaan. Door het systeem van de vaste benoeming worden de nieuwste – en vaak jongste – leerkrachten het eerst gewipt. Het gaat vooral om leraren met minder dan twee jaar anciënniteit. In 2018 kregen er zo’n kleine 400 leerkrachten een reaffectatie. Volgens inschattingen van de directies is dat sindsdien alleen maar toegenomen.   ‘Het is hoog tijd dat deze beerput opengetrokken wordt’, zegt directeur Hans Martens van de Academie in Mechelen. Hij moet dit schooljaar vier jonge, gedreven leerkrachten aan de deur zetten. Ook een van de overgeplaatste vastbenoemde leerkrachten schrok zich een ongeluk: na jarenlang docent goudsmid in het volwassenonderwijs geweest te zijn, moet ze plots beeldende kunst aan kinderen geven. Op zaterdag- en zondagvoormiddag.    ‘Wat een onzin is het om in deze fase van het schooljaar met mensen en scholen te gaan leuren. Leerkrachten zijn geen nummers’, zegt Pollefoort. Volgens de directeurs moet de Vlaamse reaffectatiecommissie tijdelijk opgeschort worden.   Katholiek Onderwijs Vlaanderen, de grootste onderwijskoepel, deelt hun bezorgdheden. ‘We hadden er op voorhand op gewezen dat dit kon gebeuren’, zegt woordvoerder Pieter-Jan Crombez. ‘We hopen dat de minister hier gehoor aan geeft.’ Ook het GO! betreurt de neveneffecten van de regeling.   Dat het onderwijs nu openlijk worstelt met vaste benoemingen, is ironisch. Weyts zal vanaf juli 2021 leerkrachten sneller benoemen. ‘Het is waar dat leerkrachten zonder vaste benoeming soms de dupe zijn van een reaffectatie’, reageert hij. ‘Ook daarom maak ik werk van sneller uitzicht op een vaste benoeming, zodat we jonge leerkrachten sneller aan ons onderwijs binden.’ Het valt te vrezen dat dat het probleem met de reaffectaties alleen maar groter zal ­maken.