In Brussel heeft de socialistische vakbond ABVV op 24 september betoogd tegen de loonnormwet. Een 8000-tal actievoerders stapten van het Noord- naar het Zuid-station. De loonnormwet beperkt de loonsverhogingen, zodat de loonkosten in ons land in de pas blijven met die van de ons omringende landen. Maar die wet vormt volgens de vakbond een obstakel voor loon naar werk.
Achter een spandoek met daarop “De loonwet verplettert onze lonen” liepen de betogers door onze hoofdstad. Dat ging gepaard met het lawaai van voetzoekers en fluitjes. Ook de PVDA was prominent van de partij. Opvallend: sommige betogers verwezen naar de dure energieprijzen. “Lonen +0,4 procent, elektriciteit +25 procent” stond te lezen op een bord.
Volgens Miranda Ulens, algemeen secretaris van het ABVV, wil de socialistische vakbond met de eerste post-corona betoging een signaal geven en aan de alarmbel trekken.
“We willen waarschuwen dat steeds meer mensen het moeilijk krijgen om rond te komen. Terwijl de winsten van de bedrijven in 20 jaar tijd met 200 procent zijn gestegen, zijn de lonen in die periode maar met 100 procent gestegen”, zegt Ulens.
Voor de vakbond is de betoging niet gericht tegen de regering, waar ook de socialistische partijen deel van uitmaken. “Dit is een betoging tegen het feit dat men denkt dat werknemers ondergeschikt zijn aan het economisch belang.”
Lonen mogen maximaal 0,4 procent stijgen
De regering besliste eerder dit jaar dat de lonen over de periode 2021-2022 met maximaal 0,4 procent mogen stijgen bovenop de index. Bedrijven die tijdens de crisis goede resultaten behaalden, kunnen wel nog een eenmalige coronapremie uitkeren van maximaal 500 euro.
De socialistische vakbond wil dat de loonnormwet aangepast wordt “aan de realiteit van de werkvloer”. “Er zijn nu sectoronderhandelingen aan de gang, maar het is beperkt tot 0,4 procent en een premie. Wij willen kunnen diversifiëren en onderhandelen in functie van hoe goed het gaat in een bedrijf of een sector”, zegt Ulens.
Na afloop van de betoging dreigde voorzitter Thierry Bodson ermee dat de socialistische vakbond niet mee zal onderhandelen over een volgend interprofessioneel akkoord (IPA) indien de huidige loonwet niet wordt gewijzigd.
De vakbondstop haalde zwaar uit naar de rechtse partijen in de regering. Die getuigen van “misprijzen” tegenover de werknemers, klonk het, door hun aanvallen op de werklozen en het pensioenstelsel. De linkse partijen in de regering werden gespaard tijdens de speeches.
De andere vakbonden namen niet deel aan de nationale betoging. Enkel de Franstalige christelijke bediendenbond kondigde aan vandaag ook actie te voeren.
Het was één van de eerste massabetogingen in het centrum van Brussel sinds het begin van de corona-epidemie:
Unizo: “Vakbond vergist zich van wet”
Volgens Danny Van Assche van zelfstandigenorganisatie Unizo vergist de socialistische vakbond zich van wet. “Niet deze loonnormwet, maar onze fiscale wetgeving is hier de olifant in de kamer”, zegt Van Assche.
Unizo benadrukt dat een werknemer met een gemiddeld loon in België amper 49 procent overhoudt van wat een werkgever betaalt. “Dáár ligt het probleem, dat niet alleen een bron van frustratie is voor de medewerkers, maar net zo goed voor onze ondernemers. Onze hoge personenbelastingen maken het zo goed als onmogelijk om op een betaalbare manier een betekenisvolle loonsopslag te geven. De werkgever betaalt zich blauw, terwijl de werknemer er nauwelijks iets van overhoudt. Als de vakbonden tegen de te hoge personenbelastingen strijden, dan doen we als werkgevers mee.”
“Dit is één van de meest sociale wetten die we gekend hebben”, zei ook Pieter Timmermans van het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) in “De Ochtend”:
Voka, het Vlaams netwerk van ondernemingen, heeft “geen begrip” voor de vakbondsacties. “In juni gaven de vakbonden hun goedkeuring aan het loonakkoord dat de regering dit voorjaar bereikte. Nu opnieuw actievoeren is dan ook buiten proportie en ondermijnt elke vorm van sociaal overleg”, reageert de werkgeversorganisatie. De vakbonden vergeten steevast de 2,8 procent verwachte indexering van de lonen
Hans Maertens, gedelegeerd bestuurder van Voka, noemt de acties niet ernstig. “De vakbonden wijzen naar de te beperkte 0,4 procent reële loonstijging voor de periode 2021-2022, maar vergeten daarbij steevast de 2,8 procent verwachte indexering voor die periode. Bovendien zal de werkelijke indexering zeker hoger uitkomen dan die verwachting.”
De werkgeversorganisatie dringt er daarom weer op aan om de automatische koppeling van de lonen aan de index ter discussie te stellen. “We zijn het enige land in Europa met dergelijk mechanisme en dit hangt bij hogere inflatie steeds als een zwaard van Damocles boven ons hoofd”, aldus Maertens.
De nationale actiedag van de socialistische vakbond had ook gevolgen voor het openbaar vervoer. Veel personeelsleden van de MIVB namen deel aan de actie en daardoor reden niet alle bussen, trams en metrostellen in Brussel.
Bij vervoersmaatschappij De Lijn was er voor het eerst een minimale dienstverlening. Daardoor reden zo’n 60 procent van de bussen toch uit.
Bij de NMBS was er een normale dienstverlening, alle treinen reden zoals gepland.
