De overheidsschuld nadert de 120 procent van het bruto binnenlands product, volgens sommige economen een ‘gevaarlijk’ niveau.
De Belgische overheidsschuld is in het tweede kwartaal met 32 miljard euro gestegen naar 524 miljard, blijkt uit cijfers van de Nationale Bank. Het is de eerste keer dat de kaap van 500 miljard wordt overschreden. De schuldgraad klimt naar zowat 115 procent van het bruto binnenlands product (bbp), het hoogste peil sinds 1999.

De sterke toename van de overheidsschuld is vooral te wijten aan de coronacrisis. De zware recessie en de maatregelen van de federale en regionale regeringen om de economie te ondersteunen hebben het begrotingstekort fors doen groeien.

Maar de stijging van de overheidsschuld was veel groter dan het begrotingstekort, omdat de schatkist meer leende dan ze onmiddellijk nodig had. ‘Dat was gedeeltelijk de bedoeling’, zegt Jean Deboutte, directeur van het Federaal Agentschap van de Schuld. ‘We wilden wat reserve opbouwen. Bovendien is het begrotingstekort minder gestegen dan we hadden verwacht.’ Daarom zal de overheidsschuld in het derde en het vierde kwartaal minder stijgen en misschien zelfs lichtjes terugvallen.

Begroting nu al achterhaald
Nog voor België zijn begroting ingediend heeft bij de Europese Commissie, is die door de impact van de nieuwe golf coronabesmettingen nu al achterhaald.

De stijging van het begrotingstekort en de overheidsschuld vormt voorlopig geen groot probleem, omdat ze niet leidt tot een klim van de rentelasten. Deboutte: ‘De langlopende obligaties die we dit jaar hebben uitgegeven, hebben een gemiddeld rendement van 0,07 procent. Op korte termijn leenden we tegen rentes van minder dan -0,5 procent. Als je beide optelt, lenen we tegen een rente van ongeveer 0 procent, gratis dus. We hebben nog nooit zo goedkoop geld ontleend.’

Toch rijst de vraag of de groei van de overheidsschuld geen risico’s inhoudt. De rente blijft wellicht niet eeuwig zo laag. Pierre Wunsch, de gouverneur van de Nationale Bank, waarschuwde al enkele keren dat de schuldgraad niet kan blijven toenemen. Drie economen zeggen in het economisch tijdschrift van de Nationale Bank dat een stijging van de overheidsschuld boven 120 procent van het bbp gevaarlijk zou zijn.

Sowieso is er nog geen licht aan het einde van de tunnel. De economische prognoses die het Planbureau in september maakte over een heropleving in de tweede helft van dit jaar en een groei van 6,5 procent in 2021 worden vrijwel zeker onderuitgehaald door de tweede coronagolf en de maatregelen van de overheid. Die laten zich niet alleen voelen in de gesloten horeca en aanverwante sectoren, maar dreigen ook het consumentenvertrouwen en de consumptie weer een knauw te geven.

Tegen die achtergrond moeten de federale regering en de deelstaten de komende dagen hun begrotingen afwerken om ze op 30 oktober te kunnen indienen bij de Europese Commissie. De extra steun voor de sectoren die getroffen zijn door de nieuwe maatregelen komt grotendeels nog op de begrotingen van 2020 en wordt dus toegevoegd aan de schuld.

Voor het federale niveau gaat het om een half miljard voor overbruggingspremies, eindejaarspremies en het kwijtschelden van sociale bijdragen. De Vlaamse regering diept haar tekort voor dit jaar uit van 6 naar 6,3 miljard voor extra steun aan zaken met 60 procent omzetverlies en de evenementensector.