Een spel spelen waarvan je de spelregels niet kent? Dan ben je gedoemd te verliezen.
Absurdistan bestaat, en het ligt dichterbij dan je denkt.
Stel je voor: je weet al drie maanden dat je je woning moet verlaten. Na de eerste paniek besluit je het heft in eigen handen te nemen. Je zoekt actief naar een nieuwe plek.
Maar op de huurmarkt bots je op muren: torenhoge prijzen, kieskeurige eigenaars, en een aanbod dat nooit opweegt tegen de vraag. Eén makelaar laat je gewoon aan de deur staan. Een ander laat nooit meer iets van zich horen.
Je staat al jaren op een wachtlijst voor een sociale woning, maar daar lijkt niets te bewegen. De tijd tikt verder. Nog één maand te gaan. Je voelt het water aan je lippen komen. Je besluit hulp te vragen.
Op een affiche van een hulpverleningsorganisatie lees je: “Moet jij binnenkort je woning verlaten en weet je niet waar naartoe?” Ja. Dat ben jij.
Je bereidt je goed voor. Je hebt geen financiële hulp nodig — je hebt een inkomen. Wat je wél nodig hebt: een back-up als je geen woonst vindt, én een referentieadres zodat je niet uit het systeem valt.
Ervaringskennis is geen bijzaak
Je stapt met spanning over die hoge drempel. Voor het eerst in je leven vraag je hulp. Omdat je echt niet anders kunt. Het onthaal is vriendelijk. Je verhaal wordt aangehoord. Er wordt intern overlegd tussen verschillende bevoegde diensten.
Wat terugkomt, is verwarrend: Wie doet wat? Zijn de regels voor iedereen gelijk? En moet je in deze stad wonen of niet? Wat je wél meteen begrijpt: opvang kost vaak meer dan je kunt betalen. En als je dat niet ziet zitten, wordt dat genoteerd als een weigering.
Zonder dat je het weet, sluit je zo onbewust de deur naar latere opvang. Dat ontdek je pas op een dag dat je natgeregend, afgepeigerd en wanhopig aanklopt voor een bed. En er geen plek meer voor je is.
Wil je wél opvang? Dan moet je je geldbeheer afstaan. Ook als dat nergens voor nodig is. Alles wordt overgenomen. Je krijgt zakgeld. Je autonomie verdwijnt.
Een referentieadres? Dat krijg je pas als je ambtelijk geschrapt bent.
Van het kastje naar de muur
Wacht even. Je moet dus eerst je adres, en daardoor je rechten verliezen — je uitkering, je toegang tot zorg — voor je hulp mag krijgen? Het systeem dwingt je om eerst te vallen. En dan mag je hulp vragen om weer recht te krabbelen. Maar tegen dan ben je al veel verder van huis.
Ook dit kan: je slaapt een nachtje bij een vriend in een buurgemeente. Daardoor verlies je je toegang tot opvang in de stad. Want je ‘behoort’ niet meer tot het grondgebied. Alsof je dakloosheid een postcode heeft. Je wordt van het kastje naar de muur gestuurd.
Wat doen mensen dan? Ze moeten liegen. Omdat het systeem dat afdwingt. Om dat leugentje ‘op te vangen’, vraagt de hulpverlening dan om een foto van het bankje waarop je sliep. Of ze sturen een maatschappelijk werker langs voor een ‘huisbezoek’ aan je tent. Kafka wordt werkelijkheid.
Bij SAMEN PLANNEN vzw zien we elke dag hoe mensen verdwalen in deze logica.
Zoals Karen. Na een relatiebreuk wordt haar appartement verkocht. Ze heeft wat spaargeld en wil verhuizen naar Frankrijk. Maar ze moet nú haar woning uit, en tussen de verhuis naar het buitenland zitten nog enkele maanden, omwille van de praktische rompslomp. Ze vraagt een referentieadres. Voor de rest kan ze haar plan wel trekken, maar ze moet eerst uit het systeem geschrapt worden. Gevolg: ze verliest haar uitkering.
Of Bob. Al jaren dakloos. Om recht te hebben op ondersteuning moet hij bewijzen dat hij al zes maanden onafgebroken op de straten van de stad slaapt. Eén nachtje bij familie of vrienden in een ander dorp, en hij moet opnieuw beginnen.
Dit is onmenselijk. En totaal onlogisch. Mensen moeten navigeren in een systeem vol regeltjes, uitzonderingen, verschillende bevoegde instanties en absurde voorwaarden. Ze weten niet wat mag, wat telt, of wat hen uitsluit.
Ervaringsdragers
Een spel spelen waarvan je de spelregels niet kent, dat is vragen om verlies. En net dat is wat we dag na dag zien gebeuren.
Waarom kiest het beleid ervoor om mensen eerst te laten vallen om hen dan op te vangen tegen veel grotere kost? Waarom niet preventief, helder en menselijk ingrijpen? Een opvangsysteem dat vertrekt vanuit vertrouwen, in plaats van wantrouwen. Waar mensen geen dossiers zijn, maar mensen.
We pleiten voor een beleid dat luistert naar wie het zelf meemaakt. Naar wie worstelt, maar tegelijk oplossingen ziet.
En aan beleidsmakers: stel jezelf één simpele vraag. Als jij in een dergelijke situatie zou belanden. Of je zoon, je moeder, je beste vriendin, hoe zou je dan willen dat er met jullie werd omgegaan?
Ervaringskennis is geen bijzaak. Het is noodzakelijk.
Te vaak worden regels gemaakt door mensen die ze nooit zelf moeten ondergaan. De realiteit van dak- en thuisloosheid laat zich niet vatten in Excel-tabellen of vergadernota’s. Die realiteit leer je kennen door naast mensen te staan. Door te luisteren, niet te controleren. Door oplossingen mee te bedenken, niet van bovenaf op te leggen.
Ervaringsdragers, of beter: experts afgestudeerd met de grootste onderscheiding aan de Universiteit van het Leven weten waar het wringt. Ze weten wat wérkt en wat niet. Niet theoretisch, maar in de praktijk. Op straat, in opvang, in wachtkamers, in nachten zonder slaap.
Als we echt verandering willen, dan moet hun stem mee aan tafel. Nog meer dan vandaag. Niet als getuigenis achteraf, maar als actieve partners in het maken van beleid. Want beleid dat gemaakt wordt zonder hen, is vaak ook beleid dat mensen verliest.
Geef hen zeggenschap. Geef hen ruimte. Niet als uitzondering, maar als norm.
Alleen zo bouwen we een systeem dat niet van mensen vraagt om eerst te vallen, maar dat voorkomt dat ze überhaupt moeten vallen.
Eva Gilis is oprichter van SAMEN PLANNEN vzw
Bron: DeWereldMorgen.be