Werken tot 67 jaar? Onmogelijk!

Getuigenis van Daniel, arbeider in een houtzagerij

Met rechtse regeringen zal de pensioenleeftijd van 67 jaar verder bevestigd worden. Voor veel werkenden is zo lang werken onmogelijk. We laten in deze reeks elke maand iemand aan het woord die in dat geval verkeert. 

“Mijn naam is Daniel en ik werk al 13 jaar in een houtzagerij in de Ardennen. Je moet weten dat 3/4 van de Belgische bossen in de Ardennen liggen. Net als andere bedrijven in de sector is de zagerij waar ik werk een klein bedrijf met ongeveer vijftien werknemers. Er zijn geen sociale verkiezingen en weinig werknemers zijn lid van een vakbond.”

“Het is gevaarlijk werk. Ongelukken komen vaak voor omdat we altijd onder druk werken om sneller te gaan. De machines (zagen, schuren, schaven) maken veel lawaai en kunnen ernstige verwondingen veroorzaken. Vorig jaar verloor een 22-jarige arbeider een hand en raakte hij voor het leven verlamd.”

“Elke dag komt er een rij vrachtwagens om te laden. De meesten komen uit Oost-Europa. Ze hebben dus haast omdat hun reis lang is. We spreken niet dezelfde taal, want ik ken geen Duits, Russisch, Roemeens of iets anders. We begrijpen elkaar niet altijd en ik sta vaak in mijn eentje planken van 3 of 5 meter lang om te draaien. Ontstekingen in de schouder of pols komen vaak voor.”

“De machines zijn niet alleen gevaarlijk, ze geven ook veel fijn houtstof af. Omdat het hout bijna altijd met chemicaliën wordt behandeld, bestaat er een risico op aandoeningen aan de luchtwegen. Er is geen comité voor preventie en bescherming op het werk (cpbw) en de preventie wordt tot een minimum beperkt.”

“In deze omstandigheden zie ik me niet werken tot 67 jaar. Als de regering de pensioenleeftijd niet verlaagt, moet Georges-Louis Bouchez maar eens een paar maanden stage lopen bij ons…”

Bron: SOCIALISME.BE

Lieven Boeve neemt afscheid: “Lerarentekort, watervaleffect, vrije keuze blijven zware uitdagingen”

Lieven Boeve neemt afscheid: “Lerarentekort, watervaleffect, vrije keuze blijven zware uitdagingen”

Lieven Boeve, directeur-generaal van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, gaf op 19 augustus de fakkel door aan zijn opvolger Bruno Vanobbergen. Hij sprak met ons over de uitdagingen sinds 1 augustus 2014, toen hij zijn taak begon. Het zijn nog steeds de uitdagingen vandaag: wat is de eigenheid van het vrije onderwijsnet, de katholieke dialoogschool als antwoord op de diversiteit, wat met het lerarentekort, het hoofddoekendebat, de eerste brede graad die er nooit is gekomen, het watervaleffect dat nog altijd niet is opgelost …

Voor Nederlandstalige ondertitels, klik op icoon onderaan rechts of ga naar YouTube, totaaltijd 23:56, zie voor de onderdelen van het gesprek de tijdscodes onder deze video:

Tijdscodes:

00:00    Wie is Lieven Boeve?

01:31    Zijn de uitdagingen van 2014 nog de uitdagingen van 2024?

03:35    De Katholieke Dialoogschool: antwoord op de diversiteit

06:41    Het hoofddoekendebat: principe en praktijk

09:54    De les godsdienst of ‘algemene levensbeschouwing’

14:35    Onderwijsnetten of één onderwijsnet (door de overheid)?

17:22    De eerste brede graad heeft nooit bestaan

Bron: DeWereldMorgen.be

Vermogensbelasting: meer dan ooit nodig en haalbaar

Guido Deckers legt uit waarom vermogensbelasting een van de belangrijkste maatregelen is die de volgende regering moet nemen.

Wat baten kaars en bril als de uil niet zien en lezen wil. Dit spreekwoord geldt voor zowat alle politici die niet geloven in de noodzaak van een vermogensbelasting. Het is niet dat men het niet kan, neen, men wil het gewoon niet. Nochtans is het niet alleen nodig, het is ook perfect mogelijk en eenvoudig in te voeren.

Belangrijk en nodig

Het is nodig voor de economische investeringen die moeten zorgen voor een transitie naar een klimaatvriendelijk ondernemerschap. Het is nodig om opnieuw te investeren in een samenleving waarin eerst de mensen tellen en niet de winst. Dat wil zeggen investeren in bijvoorbeeld duurzame energie, betaalbare woningen, sociale zekerheid, openbare diensten, openbaar vervoer, onderwijs en gezondheid.

Een vermogensbelasting is niet de enige oplossing in de zoektocht naar financiële middelen, maar wel een belangrijke maatregel die veel geld kan opbrengen. En niet alleen dit, het brengt ons ook dichter bij een rechtvaardige samenleving. Want de vermogensongelijkheid is in ons land nog nooit zo groot geweest.

In het jaar 2000 had België slechts één miljardairsfamilie. Vandaag zijn het er 47! Deze families hebben een geschat vermogen van meer dan één miljard euro, wat samen goed is voor een totaal vermogen met een waarde van meer dan 113 miljard euro.

Laat ons er nog eens een ander cijfer bijnemen en kijken naar de waarde van het vermogen van de één procent rijkste gezinnen. Dat gaat ongeveer over 50.000 gezinnen. Het bedraagt 680 miljard euro, wat ongeveer gelijk is aan het vermogen van de armste 74 procent van de gezinnen. Een vermogensbelasting, zoals de naam van de belasting het al suggereert, is dan ook enkel bedoeld voor deze één procent rijkste gezinnen.

Een vermogensbelasting invoeren gaat ook over democratie. Als de ongelijkheid toeneemt, doordat een kleine groep families heel veel vermogen bezit, dan hebben ze ook de mogelijkheid om veel invloed en macht uit te oefenen.

Professor Paul De Grauwe, die ook pleitbezorger is van een vermogensbelasting, zegt daarover het volgende: “De vermogens zijn bijzonder ongelijk en die ongelijkheid blijft voortdurend stijgen. We kunnen ons dat niet permitteren om het te laten toenemen, niet alleen op economisch, maar ook op politiek vlak. Sommige mensen hebben zo’n grote vermogens dat ze een te grote invloed uitoefenen op de maatschappij en de politiek. Dat moeten we afromen.”

Om het nog duidelijker te maken: bijna 80 procent van het aandelenvermogen is in handen van de 10 procent rijkste gezinnen. Dat wil zeggen dat de macht over wat we produceren en op welke manier we dat doen, door een minderheid wordt beslist. Democratisch kan je dit moeilijk noemen. Wetende dat in het kapitalistische systeem de productie gericht is op het streven naar maximale winst en niet op de gezondheid van mens en planeet.

De tegenstanders van een vermogensbelasting houden hardnekkig vast aan de overtuiging dat de invoering van een vermogensbelasting niet haalbaar is. Ten eerste omdat het moeilijk is om de waarde van het vermogen juist te bepalen, ten tweede omdat het tot kapitaalvlucht leidt en ten derde omdat een vermogensbelasting niet zonder een vermogenskadaster kan.

De waarde van het vermogen schatten

Dat het moeilijk is om bezittingen te waarderen, is op zijn zachts gezegd een vals argument. De waardering van bezittingen in ons land is immers al een gangbare praktijk. Zo moeten alle vennootschappen jaarlijks hun bezittingen waarderen bij het opmaken van hun balans. Ook is elke aangifte van nalatenschap gebaseerd op een waardering van het volledige bezit.

En dat is niet het enige voorbeeld. Koop je een huis? Dan moet je registratierechten betalen en de FOD Financiën controleert of het aangegeven bedrag van de verkoop niet ondergewaardeerd is. Koop je een schilderij? De verzekeringsmaatschappij zal de waarde ervan schatten.

Kapitaalvlucht

Dat een vermogensbelasting zal leiden tot kapitaalvlucht strookt niet met de werkelijkheid. Meerdere onderzoeken hebben aangetoond dat een vermogensbelasting niet leidt tot massale kapitaalvlucht. Het recentste onderzoek is dat van het Planbureau dat in februari van dit jaar de budgettaire impact onderzocht van een belasting op grote vermogens.

Het Planbureau hield hierbij onder andere rekening met mogelijke kapitaalvlucht, maar beschouwde dit als “beperkt”. Dit stond er te lezen in het rapport: “Een ander veelgehoord argument van de tegenstanders van de belasting is dat grote vermogens het land zullen verlaten. De migratie van belastingplichtigen die in de literatuur wordt gevonden, is echter beperkt en wijst eerder in de richting van migratie tussen de regio’s van een land.”

Vermogenskadaster

Het klopt ook helemaal niet dat een vermogenskadaster een vereiste is om een vermogensbelasting te kunnen invoeren. Een vermogensbelasting is een belasting op basis van een aangifte. Dat wil zeggen: de betrokken belastingplichtigen dienen een belastingaangifte in van zodra ze aan de voorwaarden voldoen.

Dit is overigens het geval voor veel belastingen, zoals bijvoorbeeld de aangifte voor de personenbelasting, de btw-aangifte, de aangifte van nalatenschap, enz. Het vermogenskadaster, dat enkel zou dienen voor de controles van de aangiften, kan dus perfect enkele maanden of jaren na de invoering van de belasting komen.

De Franse vermogensbelasting, de Impôt de Solidarité sur la Fortune, heeft 28 jaar lang miljarden opgebracht op basis van de vraag aan de miljonairs om hun vermogen zelf aan te geven. Het is dan ook niet nodig te wachten op een Belgisch vermogenskadaster om een vermogensbelasting in te voeren.

Trouwens als het over misbruik gaat, kunnen nu al belastinginspecteurs bij het vermoeden van fraude altijd gericht op onderzoek gaan, zoals dat bij elke andere belasting gebeurt.

Kortom: de invoering van een vermogensbelasting is voor een volgende regering een van de belangrijkste maatregelen om te nemen, omdat het leidt naar een rechtvaardige samenleving, omdat het eenvoudig is in te voeren en omdat het jaarlijks vele miljarden kan opbrengen.

Bron: DeWereldMorgen.be

Boekrecensie: Waarom Revolutie? Wel, daarom!

Boekrecensie: Waarom Revolutie? Wel, daarom!

De jeugd is niet meer geïnteresseerd in politiek, alleen de carrière telt nog. Het werd al gezegd in voorjaar 1968. Enkele weken later brak mei’ 68 uit. Dat de media dat cliché graag reproduceren is een feit, het cliché zelf is géén feit. Dat bewijst de jonge auteur Sander Barrez die met hulp van kompaan Seppe De Meulder ‘Waarom Revolutie? Het handboek van wereldverbeteraars’ schreef. Een boek voor alle generaties.

Geen valse bescheidenheid maar oprechte ambitie in Waarom Revolutie? Het handboek van wereldverbeteraars van Sander Barrez. “Voor al die mensen die voelen dat er iets niet klopt. Dit boek is er voor jullie … In deze praktische gids vinden jullie alle info om te gaan naar een wereld zonder armoede, klimaatrampen en uitbuiting. Een wereld waar een mens weer mens kan zijn.”

Niet min als inleiding. Maakt Sander Barrez die ambitie waar? Wel, voor al wie vindt ‘dat er iets niet klopt’ en ‘meent dat hij/zij niet passief kan blijven’ maakt hij die intentie zonder meer waar. Hij wil deze disfunctionele wereld veranderen en gelooft dat het kan.

Maar, alvorens die strijd aan te vatten, moet je eerst doorgronden hoe die wereld in elkaar zit en vooral, hoe het komt dat hij/zij1 zo in elkaar zit. Je moet die wereld begrijpen. En begrijpen kan je op twee manieren. Begrijpen als ‘begrip tonen voor’ of begrijpen als ‘doorhebben hoe het echt in elkaar zit’. Voor wie het nog niet begrepen heeft, dit boek gaat over die laatste definitie.

Sander Barrez en kompaan Seppe De Meulder geven geen neutraal of objectief verslag. Zij kiezen een kant. Dat doen ze transparant en openlijk, niet zoals de mainstream media en de door hen gevierde auteurs en commentatoren, die voortdurend een kant kiezen, maar die kant verbergen achter een rookgordijn van beweerde ‘objectiviteit’ of ‘neutraliteit’. Deze auteurs kiezen openlijk de kant van de wereld waarin mens en milieu eerst komt.

Neen, oorlog en geweld waren niet altijd de norm. Integendeel, ze waren altijd de uitzondering. De zogenaamde primitieve samenlevingen die aan onze (eveneens zogenaamde) beschaafde wereld voorafgingen waren egalitair en vreedzaam. Er staat nog heel wat meer historische informatie in dit boek die veel jongeren (en heel wat ouderen) onbekend is.

Niet te verwonderen dat de rechtse krachten het vak geschiedenis willen afschaffen, zeker geschiedenis in de versie van de feiten zoals ze zich echt hebben voorgedaan, zoals in ‘zo is het geschied’.

Dat zet een mens toch maar aan tot nadenken, tot zélf nadenken. Zo ga je doorhebben dat de genocide in Gaza alleen maar uitzonderlijk is, wat betreft zijn zichtbaarheid via de moderne media. En dat de leugens die daarover worden verspreid allesbehalve nieuw zijn.

Je leert tussendoor ook wat Frans … zoals de vervoeging van het werkwoord ‘travailler’. Regelmatig refereert Sander Barrez naar boeken en auteurs die nog wat meer te vertellen hebben, zoals Les libéraux n’aiment pas les femmes van de Franse auteur Aurélie Lanctôt (maar liberalen zouden wel betere seks hebben …) en citaten van iconen als Noam Chomsky.

Hier lees je ook waarom het experiment in 2015 van Syriza in Athene wel moest mislukken en waarom referenda onaanvaardbaar zijn – toch als ze over essentiële dingen gaan. Je leert ook wat bij over hoe je de media best kan interpreteren. Zoals waarom het ene standpunt voortdurend herhaald wordt en een andere nooit wordt vermeld …

Of hoe kapitalisten er in slagen iets wat volledig gratis is, toch zeer duur te verkopen. Hoe dat kan? Drink eerst even je plastic flesje mineraal water leeg. Je hebt het antwoord in de hand.

Economie, een wetenschap? Onze geneesmiddelen het resultaat van duur onderzoek? Boterbergen en melkzeeën vernietigen, tomatenoogsten dumpen om de prijzen te ‘controleren’. Koloniale geschiedenis, het passeert allemaal.

De echte oorzaken van de Eerste Wereldoorlog? Wie heeft bijna twee derden van het Duitse nazi-leger verslagen? Waarom en door wie werd de Europese Unie opgericht? Waarom betaalt het Zuiden nog altijd schulden af, ook al zijn die al meer dan vier maal terugbetaald?

Welk land heeft de meeste militaire basissen ter wereld buiten zijn eigen grondgebied? Waarom lezen politici het boek Spektakeldemocratie van Thomas Decreus (ook een aanrader) niet als kritiek maar als handleiding? Ik som hier zomaar enkele vragen op die in dit boek een antwoord krijgen.

Er staat nog veel meer in. Dingen die we dikwijls al wel weten maar toch bevestigd willen zien met meer informatie, zoals “Kapitalisme heeft racisme nodig om te blijven draaien”.

Dat voelt ieder mens die nog wat begaan is met zijn medemens wel aan. Hier vind je de informatie om die stelling te beargumenteren. Het mag immers niet bij die korte slogan blijven.

Geen spoilers hier. 11 hoofdstukken, met telkens vier of vijf thema’s, dit alles telkens verdeeld over vier slogans over ‘de wereld’.

Een paar lukraak gekozen voorbeelden: ‘Waarom de dingen niet blijven zoals ze zijn’, ‘Kapitalisme voor beginners’, ‘Leven we in een democratie?, ‘De jungle van de vleesindustrie’, ‘L’ombelico del mondo’, ‘Wir haben es gewusst’ en als toppers ‘The power of those who are not in power’, ‘The People’s Repubic of Walmart’ en ‘De levenslessen van Nelson Mandela’.

Wie zei daar weer dat de jeugd haar geschiedenis niet meer kent? Noem een probleem of een uitdaging en het staat gegarandeerd in dit rode boekje (wie deze historische referentie niet herkent is na 1980 geboren, zoek het zelf eens op).

Ieder boek dat au sérieux wil worden genomen heeft ze: voetnoten. Geen mens die ze leest. Dat zou ik deze keer net wel doen. Je vindt hier boeken, artikels, websites die je verder informeren. Want, om een gekend spreekwoord te parafraseren, een geïnformeerd mens is er twee waard.

De keuze van Sander Barrez voor AI-gegenereerde portretten van progressieve helden valt te begrijpen. Ironisch genoeg zijn echte foto’s immers te duur. Het kapitalisme eist zelfs auteursrechten voor foto’s van mensen die haar willen afschaffen. Zoek bijvoorbeeld eens naar foto’s van bedelaars – allen zonder hun toestemming geschoten, maar de auteursrechten die je er voor betaalt, gaan niet naar hen.

Klein beetje jammer, want Angela Davis, Thomas Sankara en Ahed Tamimi lijken hier echt niet op, maar zie het als een subliminale boodschap: AI is geen maat voor het échte leven. Laat dat maar zo blijven.

Sander Barrez gaf zijn boek de ondertitel Het handboek voor wereldverbeteraars. Hét handboek zou ik dit niet noemen, maar van alle handboeken over ‘de wereld’ is dit in ieder geval een van de betere en meest hedendaagse. Bovendien heel toegankelijk geschreven, wat in de wereld van politieke non-fictie geen evidentie is, jammer genoeg.

Zoals heel wat boeken die ik recenseer heb ik Waarom Revolutie? grotendeels op de trein gelezen, telkens 34 minuten heen en 34 minuten terug. Hoeft het gezegd, dit boek leest als een trein…

Met de aankoop van dit boek steun je tevens de nieuwe boekhandel Proletaris. De naam zegt het al.

Sander Barrez, met bijdragen van Seppe De Meulder. ‘Waarom Revolutie? Het handboek voor wereldverbeteraars.’ Proletaris, Groningen, 2024, 330 pp. ISBN 978 9083 1105 54

Bron: DeWereldMorgen.be

Belast de superrijken!

De sociaal onrechtvaardige belastingdruk is één van de pijlers van de conservatieve revolutie sinds de jaren tachtig. De werkende mensen en middelgrote inkomens kreunen onder de belastingdruk. De jetset van de hoogste vermogens ontsnappen er grotendeels aan. De pleidooien voor rechtvaardige belastingen nemen echter toe. Kritische middens werpen steeds meer zandkorrels in de neoliberale krokodillenpoel.

In het weekend van 9-10 september 2023 kwamen in India, in New Delhi, in het kader van periodieke bijeenkomsten, de G20-landen samen. Dat zijn de groei-economiën en traditionele industrielanden. Wat in de pers en media relatief onderbelicht is gebleven, is de oproep van een 300 miljonairs, economen, toppolitici, journalisten, aan de G20-leiders.

In de oproep worden de regeringsleiders en staatshoofden van de G20 opgeroepen tot een nieuwe internationale overeenkomst over een vermogensbelasting. De ondertekenaars vragen de G20-leiders om door internationale samenwerking de rijkste personen van deze planeet te belasten en een einde te maken aan belastingontwijking en belastingcompetitie.

Het spreekt voor zich dat er ook heel wat linkse politici en vakbondsleiders de oproep ondertekenden. Waaronder de populaire, socialistische Amerikaanse ex-presidentskandidaat Bernie Sanders. Hij is voorstander van het weg belasten van de miljardairs.

Opmerkelijk is ook dat de Vlaamse christendemocraat en gewezen eerste minister Yves Leterme mee tot de ondertekenaars behoort. Y. Leterme verantwoordt zijn handtekening omdat hij zich zorgen maakt over het behoud van de welvaartsstaat. Hij is bezorgd dat de bevolking afscheid neemt van de welvaartsstaat, omdat de lusten en lasten unfair verdeeld zijn.

In vele landen is volgens hem een driedeling in de samenleving aan de gang. “Met een uitdijende onderlaag, een middenklasse die een onevenredig groot deel van de fiscale en sociale lasten draagt en een toplaag van superrijken die veelal aan de fiscaliteit ontsnapt. De overbelasting van de middeninkomens en het fenomeen van de working poor ondermijnen veel landen”. (De Tijd, 5 september jl.).

Hij denkt dat een verschuiving van lasten naar vermogen en vervuiling moet worden versterkt.

Dhr. Leterme bevindt zich dus vandaag in goed gezelschap. Maar, dat was veel minder toen zijn partij, de CVP als machtigste partij, en nadien de CD&V met andere centrumpartijen, decennialang de welvaartsstaat heeft uitgehold. De kiezers worden sinds decennia geconfronteerd met een wirwar van belastingen tot de kleinste activiteit met taksen op het openhouden van sportkantines, belastingen op balkons en renovatie, taksen op basisvoorzieningen voor de werkende bevolking, taksen op de energietransitie, taksen voor kleine middenstandzaken, …

Hulp van de geschiedenis
Die oproep tekenden ook een paar toonaangevende economen zoals Thomas Piketty en Gabriel Zucman.[1] De oproep tot een vermogensbelasting waarboven sprake, komt niet zomaar uit de lucht gevallen. Onder meer vernoemde wetenschappers en journalisten zoals Paul Goossens[2] reiken een kader aan waarin de oproep tot het invoeren van een vermogensbelasting voor de superrijken min of meer de draad terug zou opnemen van wat is gebeurd in de 20e eeuw, voor 1980.

Aan de vooravond van Wereldoorlog I in 1914 bezat de 1 procent van de superrijken in West-Europa 60 procent van het totale privévermogen. Dat zal veranderen in de loop der jaren. Er was de vlugge uitholling van hun rijkdom door de oorlogseconomie, de onteigeningen, nationalisaties, muntontwaarding.

De beslissing van de Sovjet-Unie in 1917 om de tsaristische schulden niet terug te betalen was een harde klap voor kapitaalreuzen. Onder meer Franse en Belgische geldbaronnen hadden gemakkelijke winsten gezocht in tsaristisch Rusland, dat schulden aanging, voor bijvoorbeeld de aanleg van spoorwegen, de oprichting van bedrijven. Belangrijk was de grote crisis van het kapitalisme met de beurscrash van 1929, de opkomst van het fascisme en de Tweede Wereldoorlog.

Een belangrijke factor was de massale groei van de arbeidersbeweging sinds de tweede helft van de 19e eeuw. En de daarmee gepaard gaande socialistische, marxistische ontwikkeling van inzichten en overtuigingen bij grote massa’s mensen, onder meer over de maatschappelijke nood aan de progressiviteit van belastingen. Namelijk dat op de hoogste inkomens en vermogens veel meer belasting moet worden geheven dan over de lagere-lage inkomens en vermogens.

De rechtvaardiging van eeuwenlange grote sociale ongelijkheid, armoede, eenzijdige onrechtvaardige lasten in de voorbije eeuwen door beroep te doen op God, de natuurlijke orde, werd onderuitgehaald. Men mag spreken van een fiscale revolutie.

VS-koploper

Tot c.a. de jaren 1980 waren de Verenigde Staten en Groot-Brittannië de gangmakers, de progressiviteit van de belastingen. In 1900 lag de aanslagvoet voor de hoogste inkomens in de VS en alle Europese landen beneden de 10 procent. In 1920 lag die al tussen de 30 en 70 procent. Hij steeg tijdens de grote Crisis in de jaren dertig tot recordhoogtes.

Tijdens de New Deal werden de hoogste inkomensschijven door president Franklin Delano Roosevelt (1882-1945) voor meer dan 80 procent afgeroomd. Europa volgde op afstand. De hoogste inkomens werden voor 81 procent belast in de VS, in het Verenigd Koninkrijk voor 89 procent, tegen slechts 58 procent in Duitsland en 60 procent in Frankrijk.

Voor Thomas Piketty is het duidelijk: “Het opleggen van deze hoge tarieven van 80 procent gedurende bijna een halve eeuw, heeft niet geleid tot de ineenstorting van het kapitalisme in de Verenigde Staten, integendeel”.

In de VS veroorzaakte in 1919 de voorzitter van de American Economic Association Irving Fisher veel ophef. Toen hij zei “de groeiende concentratie van rijkdom dreigt het grootste probleem van onze economie te worden. Er schort wat aan de democratie als 2 procent van de bevolking de helft van de rijkdom bezit, terwijl 60 procent van de bevolking niets in eigendom heeft”

Contrarevolutie

Waren de VS en het Verenigd Koninkrijk de koplopers inzake de progressiviteit van de belastingen, dan waren ze de koplopers om in de jaren tachtig van de vorige eeuw de progressiviteit van de belastingen terug in vraag te stellen.

De progressieve fiscale revolutie werd onder president Ronald Reagan en de Britse eerste minister Margaret Thatcher zwaar aangevallen door een contrarevolutie. De progressiviteit van de belastingen werd spectaculair verminderd. In de periode 1980-2018 werden de hoogste tarieven van 1932-1980 grosso modo gehalveerd van 80 procent naar 40 procent.

Maar volgens de onderzoekers is het neoliberale dogma van het ‘vrij verkeer van kapitaal’ de grote boosdoener. Het heeft over de gehele wereld een zeer negatieve impact gehad op het proces van nationale staatsmacht en een sociaal rechtvaardig belastingstelsel. Vooral door een gebrek aan politieke wil en gebrek aan uitwisseling van gegevens door de verschillende nationale belastingdiensten.

Het ‘vrij verkeer van kapitaal’ gaf veertig jaar lang een boost aan de belastingparadijzen. Miljarden van multinationals, van de jetset-miljardairs van Oost en West, Noord en Zuid, van criminelen, van banken. Allemaal bleven ze buiten de samenlevingsopbouw als parasieten.

En dit alles met de actieve medewerking van de sociaaldemocratische elites (inbegrepen de christendemocraten) die de progressiviteit van de belastingen loslieten. Ze waren onbekwaam tenminste de strijd aan te gaan om progressieve belastingregelingen tot op transnationaal niveau uit te breiden.

De val van de Sovjet-Unie, de euforie over de overwinning van het kapitalisme en de rechtse- en linkse- anticommunistische euforie na de val van de Muur heeft mede een rol gespeeld in het ontstaan van een ijstijd over de opvattingen dat het kapitalisme moest getemd worden.

Na veertig jaar neoliberale belastingpolitiek is het niet verwonderlijk dat het slechts recent is dat het denken en de actie op gang komen om terug aan te knopen met het verleden door de vermogensbelasting en de progressiviteit van de belastingen in ere te herstellen. Het is al bij al een bescheiden, maar betekenisvol begin.

Het Tax Observatory

In 2021 werd een belangrijk initiatief genomen: de oprichting van het “Tax Observatory” (TO). Het ontstond in de schoot van de Ecole d’économie de Paris waar Thomas Piketty doceert. Het publiceert jaarlijks zijn mondiaal rapport.

Dat rapport is opgesteld door meer dan 100 topeconomen, juristen, journalisten, over de gehele wereld. Vaak in samenwerking met nationale belastingdiensten. De vooruitzichten voor 2024 verschenen recent.[3]

Het TO beschrijft zes bevindingen over de dynamiek van wereldwijde belastingontduiking.

Eén. Dankzij de automatische uitwisseling van bankgegevens is de offshore belastingontduiking in minder dan 10 jaar met een factor drie afgenomen.

Twee. Er is nog veel winstverschuiving naar belastingparadijzen. Dat is het equivalent van 35 procent van alle winsten die multinationale bedrijven boeken buiten het land van hun hoofdzetel. Amerikaanse multinationals zijn verantwoordelijk voor ongeveer 40 procent van de wereldwijde winstverschuiving en landen op het Europese vasteland lijken het meest getroffen.

In totaal zou volgens het TO zo’n 12.000 miljard dollar in belastingparadijzen zijn ondergebracht. Zwitserland neemt daarin nog slechts 20 procent voor zijn rekening. De Aziatische paradijzen Hong Kong, Singapore, Macao zijn sterk gegroeid. In de straten en op stranden van exotische belastingparadijzen kom je vaak (multi) miljardairs en hun boodschappenjongens tegen.

De meesten van de ondertekenaars van de vernoemde oproep zijn ervan overtuigd dat miljardairs niet echt nuttig zijn om onze economie te laten draaien. De economie draaide tijdens de Covid-pandemie niet op miljardairs. Wat zou miljardair Jeff Bezos van Amazon zijn zonder de uitbuiting van ‘zijn werkvolk’? Bovendien vliegen privéjets van miljardairs rond, terwijl er miljoenen in extreme armoede leven. Innovatie in de economie zal niet van miljardairs komen vanuit hun ‘stulpjes’ in belastingparadijzen, op hun exotische eilanden, privé-jachten en hun jets.

Drie. De wereldwijde minimumbelasting is drastisch afgezwakt door een groeiende lijst van mazen in het net. Minder dan 5 procent zijn wereldwijde inkomsten uit vennootschapsbelastingen in plaats van de voorziene 9 procent met een tarief van 15 procent (het TO is voorstander van een minimum van 20 procent).

Vier. Er ontstaan nieuwe vormen van belastingconcurrentie tussen de landen. Dat is een rechtstreekse aanslag op elke poging tot fiscale rechtvaardigheid.

Vijf en Zes. Wereldwijd onderzoek in samenwerking met de belastingdiensten toont aan dat miljardairs wereldwijd zeer lage belastingtarieven hebben, tussen 0 procent en 0,5 procent van het vermogen. Ze doen dit door persoonlijke vennootschappen te gebruiken. Superrijke eigenaars (onder meer topmanagers) van beursgenoteerde bedrijven kunnen dividenden uitkeren via een holding die zich bevindt in de grijze zone tussen ontwijking en ontduiking.

TO stelt een minimale vermogensbelasting voor van 2 procent. Het is de eerste keer dat een dergelijk voorstel gedetailleerd en gekwantificeerd is. Het aantal belastingbetalers dat in aanmerking komt is klein (3.000). Het tarief van 2 procent zou zeer bescheiden zijn. Ter vergelijking: het vermogen van miljardairs wereldwijd is sinds 1995 met gemiddeld 7 procent gegroeid.

Samen met de minimumbelasting voor multinationals, vrij van achterpoortjes, en de vermogensbelasting van 2 procent, zou dit volgens het TO jaarlijks 500 miljard dollar aan extra overheidsinkomsten moeten opbrengen om de uitdagingen van de klimaatverandering en sociale cohesie aan te gaan.

Het bedrag dat het TO berekend heeft, is een onvoldoende bedrag, vergeleken met de miljarden die in één dag kunnen gereserveerd worden voor bewapening en oorlogen.

Rol van staten

Het Tax Observatory (TO) werkt met tientallen economen, juristen, verbonden aan universiteiten, pers, denktanks, en dit wereldwijd netwerk, maar kent nog altijd een belangrijke rol toen aan de natiestaten. In het rapport wordt duidelijk gesteld: “Internationale samenwerking verdient de voorkeur, maar echt mondiale afspraken moeten het eindpunt zijn, niet het startpunt”.

Het TO verwijst naar de recente geschiedenis dat multilaterale actie van een leidende groep landen de weg kan vrijmaken voor mondiale overeenkomsten. TO stelt: “In tegenstelling tot een wijdverbreide opvatting zijn ambitieuze maatregelen mogelijk, zelfs zonder internationale coördinatie”.

En België?

Karel Anthonissen,[4] voormalig hoofd van de BBI (Bijzondere Belastinginspectie), weet er veel van. Hij schrijft over zijn ervaringen als BBI-directeur in Vlaamse dossiers zoals kasgeldfraude, de scheepskredieten, de slag om zwart geld, Optima, het fiasco van de Britse Bank HSBC.

Op het einde van zijn boek stelt hij zich de vraag: Is in ons land de fiscale corruptie toe- of afgenomen? “Ik ben niet optimistisch. De sterke centralisatie bij Financiën, die het onafhankelijk functioneren van de buitendiensten enorm hypothekeert zou alarmbellen moeten doen afgaan”. Zij versterkt ook de greep van anonieme lobbygroepen op het beleid die belang hebben de corruptie toe te dekken.

Minister van Financiën Vincent van Peteghem (CD&V) lanceerde een fiscaal hervormingsplan. Kernelement is dat de belastingen op arbeid moeten dalen en deze op kapitaal-vermogen moeten stijgen. Deze hervorming werd vakkundig de grond ingetrapt door machtige lobby’s en de liberalen. Nochtans heb je maar één keuze: als je de lasten op arbeid wil doen dalen – en je wil dat budgetneutraal doen – dan kun je niet anders dan de belastingen op kapitaal doen stijgen. Niet dus.

Een even flagrant voorbeeld is het invoeren van flexi-jobs. Prof. Ive Marx van het Centrum voor Sociaal beleid aan de Universiteit Antwerpen is daarover verontwaardigd: “Met de flexi-jobs organiseert de staat zelf belastingontduiking. Het is werk waarop 0 belastingen moet worden betaald. Wie met een vaste job hetzelfde werk doet, betaalt wel belastingen. Maar de 120.000 flexi-jobbers betalen niets”.

Hij kan dat niet anders noemen dan belastingontduiking georganiseerd door de overheid.

Bron: DeWereldMorgen.be