De inflatie in de Verenigde Staten blijft stijgen en kwam in december uit op 7 procent op jaarbasis.
Dat is het hoogste peil in bijna veertig jaar, meldt het Amerikaanse ministerie van Arbeid.
Gemiddeld zijn consumptiegoederen 7 procent duurder geworden op amper een jaar tijd. Dat is slecht nieuws voor de regering-Biden, omdat het de koopkracht van heel wat Amerikanen flink aantast. Een hoge inflatie zet ook druk op de Federal Reserve om in te grijpen via een renteverlaging. Die wordt in maart verwacht, ondersteund door het economische herstel.
Een inflatie van 7 procent op jaarbasis ligt in lijn met de verwachtingen van analisten. Op maandbasis bedroeg de inflatie 0,5 procent, iets meer dan de 0,4 procent die was verwacht. Zonder rekening te houden met de erg volatiele prijzen voor voeding en energie, kwam de inflatie uit op 5,5 procent op jaarbasis en 0,6 procent op maandbasis. Ook dat was meer dan verwacht.
In december werden vooral wonen en tweedehandsvoertuigen duurder in de VS. Ook de voedingsprijzen zetten hun opmars voort. Energie, de aanjager van de inflatie in bijna heel 2021, werd in de laatste maand van het jaar iets goedkoper. Op jaarbasis lagen de energieprijzen 29,3 procent hoger en die van voeding 6,3 procent.
Eerder deze week beloofde Fed-voorzitter Jerome Powell in de Amerikaanse Senaat dat hij actie zal ondernemen als de recordinflatie blijft aanslepen. Daarnaast is de Amerikaanse economie snel hersteld van de coronacrisis, zei hij. De werkloosheid zakte in december tot 3,9 procent, wat niet veraf is van het niveau van voor de crisis (3,5 procent). Er worden tot drie renteverhoging verwacht dit jaar in de VS.
De beurzen reageerden woensdag niet gealarmeerd op het hoge inflatiecijfer: op Wall Street stond de Dow Jones-index op een half procent winst. Bron: Trends