Minder uren, meer leven.
De discussie over arbeidsduurvermindering is actueler dan ooit. De regeringsplannen eisen meer flexibiliteit van werknemers en bestraffen rustigere loopbaankeuzes met lagere en latere pensioenen. “Het is tijd om af te stappen van het oude kostwinnersmodel”, zegt Lieveke Norga.
De discussie over arbeidsduurvermindering is actueler dan ooit. De regeringsplannen verplichten werknemers tot nog meer flexibiliteit en straffen individuele oplossingen om het doorheen de loopbaan wat rustiger aan te doen af met lagere en latere pensioenen. Tijd dus om collectief te werken aan een nieuwe norm voor voltijds werk, waarbij meer tijd vrijkomt voor persoonlijke ontplooiing, evenwichtige zorgtaken en maatschappelijke betrokkenheid.
Historische noodzaak en moderne realiteit
Collectieve arbeidsduurvermindering geen droom, maar een realistische en noodzakelijke stap voorwaarts. De afgelopen 150 jaar hebben we een gestage daling van de arbeidsduur gezien, van weken met 7 werkdagen van 10 uur naar de huidige 38-urenweek. Deze vooruitgang is echter stilgevallen sinds de jaren 80 – niet toevallig de periode van het oprukkende neoliberalisme.
Maar de nood aan vrije tijd bleef intussen verder toenemen. Denk maar aan het groeiend aantal vrouwen dat sinds diezelfde periode een volwaardige loopbaan opnam, waardoor de tijd voor betaalde arbeid op gezinsniveau manifest steeg. Daarnaast dreven technologische mogelijkheden in datzelfde tijdsinterval de productiviteit sterk op – wat voor veel werknemers zelfs tot een feitelijke, maar onbetaalde arbeidsduurvermeerdering leidde omwille van permanente bereikbaarheid.
Toch werd al die productiviteitswinst niet ingezet om de historische lijn van verdere arbeidsduurvermindering door te trekken. Wel deed de stijgende productiviteit de bedrijfswinsten en dividenduitkeringen fors groeiden. Het wordt dus hoog tijd om ook werknemers hun rechtmatig deel van tijdwinst te gunnen. Een lagere norm voor voltijds werk, mét loonbehoud, zorgt voor een eerlijkere verdeling van de welvaart.
Voordelen voor werknemers én werkgevers
Een verlaagde arbeidsduur biedt tal van voordelen voor zowel werknemers als werkgevers. Burn-outcijfers tonen aan dat steeds meer werknemers bezwijken onder een hoge combinatiestress. Tweeverdieners, eenoudergezinnen én alleenstaanden ervaren een enorme druk om werk en privé te combineren. Onderzoek toont aan dat gezinnen vandaag de dag gemiddeld 20 uur meer per week werken (betaald en onbetaald) dan in het interbellum.
Werknemers krijgen meer tijd voor persoonlijke ontplooiing en een evenwicht tussen werk en privéleven. Er komt tijd vrij voor een meer evenwichtige verdeling van de zorgtaken, zoals de opvoeding van kinderen, de zorg voor ouderen en andere mantelzorgtaken.
Gezinnen werken 20 uur meer per week (betaald en onbetaald) dan in het interbellum (periode 1920-1940)
Het creëert ook maatschappelijke winst door meer tijd voor vrijwilligerswerk, engagement en maatschappelijke participatie. En uiteraard leidt meer tijd voor zelfzorg en ontspanning ook tot een beter herstel van de werkdruk en tot meer gezondheid.
Maar ook werkgevers delen in de winst. Werknemers die een betere balans ervaren tussen werk en privéleven, zijn gemotiveerder, energieker en productiever. Meer vrije tijd stimuleert ook de creativiteit en innovatiekracht. En dat is geen onbelangrijke meerwaarde in onze snel veranderende samenleving en bedrijfswereld.
Arbeidsduurvermindering kan ook helpen stress en burn-out te voorkomen, wat leidt tot minder ziekteverzuim en een hogere retentie van werknemers. En op de krappe actuele arbeidsmarkt zijn bedrijven die investeren in het welzijn van hun werknemers, bovendien aantrekkelijker voor potentiële werknemers.
Uitdagingen van de arbeidsmarkt
Arbeidsduurvermindering is ook een constructief antwoord op de uitdagingen van de huidige arbeidsmarkt. Een lagere norm voor voltijds werk zou de werkzaamheidgraad wel eens kunnen verhogen. Een kortere werkweek maakt het voor meer mensen mogelijk om deel te nemen aan de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld voor ouders met jonge kinderen, mantelzorgers en oudere werknemers.
Bovendien zou ook de sociale zekerheid er wel bij varen. Een voltijdse loopbaan met een volwaardig loon, die de combinatie van werk en privé mogelijk maakt, is een veel geloofwaardiger recept voor terugverdien-effecten in de ziekteverzekering dan een repressief beleid dat werknemers wantrouwt en sanctioneert.
Rol van de vakbond
ACV Puls beklemtoont de cruciale rol te spelen van vakbonden in het realiseren van arbeidsduurvermindering. “We willen de belangen behartigen van werknemers en werkgevers overtuigen van de voordelen van een kortere werkweek”, legt algemeen secretaris Lieveke Norga uit.
“In bedrijven en sectoren zullen we de druk opvoeren om te zoeken naar oplossingen op maat. In die zin spreken we liever over een nieuwe norm voor voltijds werk dan over arbeidsduurvermindering. Want hoe die nieuwe norm voor voltijds werk er precies moet uitzien, is onderwerp van overleg. Het gaat voor ons niet noodzakelijk om een verlaagde arbeidsduur per week of per dag. De concrete invulling kan verschillen. Maar we zijn ervan overtuigd dat over alle sectoren heen een nieuwe norm voor voltijds werken zich opdringt.”
“Het is tijd om af te stappen van het oude kostwinnersmodel en te kiezen voor een arbeidsmarkt die is aangepast aan de realiteit van de 21e eeuw. Een arbeidsmarkt waarin het welzijn van de werknemers centraal staat en waarin er ruimte is voor een evenwicht tussen werk en privéleven. Laten we samen werken aan een toekomst waarin minder uren werken leidt tot beter leven voor iedereen.”
Bron: DeWereldMorgen.be